Lodewijk Dros
Tula
Een beeld van de slavernij
€ 16,90 Oorspronkelijke prijs was: € 16,90.€ 7,90Huidige prijs is: € 7,90.
Op 17 augustus 1795 breekt op het Nederlandse eiland Curaçao een slavenopstand uit, geleid door de charismatische Tula. Hij eist per direct de vrijheid op. Het koloniale bewind slaat de opstand ruw neer. Tula sterft een gruwelijke dood. Bijna twee eeuwen later besluit kunstenaar Toos van Mierlo-Hagenaars een manshoog beeld van de held Tula te maken op de patio van haar huis in Willemstad. De onthulling leidt tot een heftig debat. Heeft Hagenaars Tula wel strijdbaar genoeg verbeeld? Waarom is hij naakt? En is het wel aan een witte kunstenares om zo’n standbeeld te maken? Lodewijk Dros volgt ‘de Tula van Toos’ vanaf die patio in Willemstad in 1973 tot een opslagloods in Winschoten anno 2023. De almaar oplaaiende discussies tonen hoe het denken over het slavernijverleden en de herdenking daarvan zich tijdens deze halve eeuw ontwikkelt. Herhaaldelijk klinkt daarbij, en inmiddels steeds luider, de roep om de bronzen Tula terug te brengen naar Curaçao. Lodewijk Dros is filosofieredacteur van dagblad Trouw. Hij publiceerde meerdere boeken waaronder Eiland in de neve en (met Annette van Ruitenburg) Lekker Wads.
Gerelateerde producten
geschiedenis

Eveline Koolhaas-Grosfeld
Tussen politiek en publiek
Politieke tekenaars zijn opiniemakers, net als de schrijvende pers. Het nieuws 'knedend' tot satire beïnvloeden zij de politieke opvattingen van het publiek. Beelden - direct als zij zijn - zijn vaak effectiever dan teksten, zo blijkt. Tekenaars geven, kortom, mede vorm aan het openbare politieke debat. In dit boek zijn ruim tachtig (spot)prenten uit de jaren 1880-1919 bijeengebracht. De auteurs laten hiermee op een nieuwe manier de relatie tussen politiek en publiek zien. Het was een tijd van grote veranderingen in de Nederlandse politiek. Nieuwe groeperingen als de confessionelen en socialisten sloegen een bres in het liberale bolwerk en brachten het buitenparlementaire politieke debat op gang. En terwijl op straat de roep om algemeen kiesrecht steeds luider klonk, werd binnen het parlement fel gedebatteerd over de onafwendbare grondwetsherziening. Al dit rumoer is te volgen op de afbeeldingen in dit boek. Omdat het publiek gedurende deze periode steeds meer betrokken raakte bij de politiek werd het voor parlementariërs belangrijk gekend te worden. Prenten waren hiervoor het medium bij uitstek, ook als zij de spot met je dreven. Want wie niet in beeld komt, bestaat niet. Eveline Koolhaas-Grosfeld is kunsthistoricus en werkzaam als zelfstandig onderzoeker en beeldredacteur. Schreef over de achttiende- en negentiende-eeuwse prentkunst in onder meer haar proefschrift 'De ontdekking van de Nederlander in boeken en prenten rond 1800' (Zutphen 2010) en het tijdschrift De Moderne Tijd. Marij Leenders is universitair docent en onderzoeker politieke en religie geschiedenis bij de Radboud Universiteit Nijmegen. Recente publicatie over politieke beeldcultuur samen met Andreas Biefang (red.): Erich Salomon & het ideale Parlement. Fotograaf in Berlijn en Den Haag, 1928-1940 (Amsterdam 2014). Schriptumpap - 136 blz
geschiedenis

K. de Jong Ozn.
Gods eer zij ’t merk van al uw werk
'De Geschiedenis van het Friesch Dagblad' kan worden omschreven als de biografie van een krant (verschijnend sinds 1903). In dit tweede deel wordt de periode 1935-1971 behandeld: de tijd van de economische crisis van de jaren dertig en het leiderschap van Colijn, de Tweede Wereldoorlog en de onderduik van het Friesch Dagblad, het verlies van 'ons Indië', de Nieuw-Guinea kwestie en de grote maatschappelijke omwenteling van de jaren zestig. Het is de tijd waarin Hendrik Algra – antirevolutionair in hart en nieren, lid van de Eerste Kamer en schrijver van vele boeken – de markante hoofdredacteur van het Friesch Dagblad is en zijn stempel op de krant drukt. Net als het voorafgaande deel biedt Deel II een boeiend verhaal over een veranderende wereld, gezien door de ogen van Friese gereformeerden en antirevolutionairen. Bijzondere aandacht is er voor de gebeurtenissen in Friesland en de parlementaire geschiedenis van Nederland. K. de Jong Ozn. (Drachten 1926-Sneek 2011) studeerde Geschiedenis en Nederlands aan de Vrije Universiteit. Hij was achtereenvolgens leraar in Dokkum, rector in Goes en Amersfoort, staatssecretaris van onderwijs (kabinetten Den Uyl en Van Agt 1) en voorzitter van de Unie voor Christelijk Onderwijs. Hij was tien jaar columnist van Het Buitenhof en de Haagsche Courant en schreef lange tijd voor het Centraal Weekblad en het Friesch Dagblad over politiek, onderwijs en literatuur. Hij publiceerde een aantal dichtbundels, een bundel novellen alsook een boek over de geschiedenis van de Unie voor Christelijk Onderwijs (Een verhaal dat verder gaat, 1999). In 2003 verscheen het eerste deel van zijn geschiedenis van het Friesch Dagblad onder de titel Zij zullen het niet hebben. Bornmeergeb - 509 blz
geschiedenis

Nausicaa Marbe
Wachten op het Westen
Lege schappen in de supermarkt. Rijen voor de winkels. Grenzen dicht. Verboden bijeenkomsten in huis en mensen die afstand van je houden, alsof je verdacht bent. Het begin van de coronacrisis, toen het leven radicaal veranderde, onzeker en benauwend werd, voelde voor Nausicaa Marbe akelig vertrouwd aan. Het gevoel opgesloten te zijn, de gedachte dat de tijd stilstaat, dat het echte leven zich later zal afspelen, in een betere wereld, had ze eerder meegemaakt. De lockdown voerde haar direct terug naar haar jeugd in communistisch Roemenië. Die ervoer ze als een negentien jaar durende quarantaine in een dictatuur waar schaarste en onderdrukking heersten. De mensen waren bang, maar tegelijkertijd levenslustig en rebels. In het artistieke milieu van Boekarest waarin ze opgroeide genoot ze ondanks alles een gelukkige jeugd. Dankzij ouders die hun leven niet door politieke terreur lieten vergallen. 'Wachten op het Westen' is een even persoonlijk als origineel relaas over opgroeien in onvrijheid, achter gesloten grenzen en onder absurde regels, waarin een kind al vroeg een politiek bewustzijn ontwikkelt en blijft verlangen naar vrijheid, openheid en eerlijkheid â en naar het Westen. Nausicaa Marbe is een Nederlands schrijver, columnist en journalist van Roemeense komaf. Ze is de auteur van onder andere Mândraga, waarvoor ze het Charlotte Köhler Stipendium kreeg, en Smeergeld, dat werd bekroond met de Diamanten Kogel. Ze was zeven jaar columnist voor de Volkskrant en schrijft sinds 2013 een wekelijkse column voor De Telegraaf. Over Smeergeld: 'Het gebeurt niet vaak dat een Nederlandse schrijver zo'n spannend en gelaagd boek aflevert, een boek dat iets te zeggen heeft over onze samenleving. En dan ook nog in een taal die rijk, smakelijk en subtiel malicieus is.' Trouw 'In Smeergeld is de juiste balans gevonden tussen spanning en humor.' Het Parool **** 'Smeergeld is bovenal een satire. Niemand ontkomt aan de snedige typeringen van Marbe.' de Volkskrant **** 'Een snoeiharde afrekening met de graaicultuur.' Opzij Prometheuspap - 224 blz
geschiedenis

Kerst Huisman
Opstand in de turf
'Opstand in de turf' is het verhaal van de turfgravers van westelijk Opsterland en het noordoostelijke gedeelte van de gemeente Heerenveen. Historicus en oud-journalist Kerst Huisman is geboren en getogen in het gebied dat hij beschrijft. Hij heeft de tijd waarin het boek speelt (van 1750 tot 1940) niet zelf meegemaakt, maar heeft er uit overlevering veel over gehoord. Bovendien heeft hij tientallen mensen die het wel hebben meegemaakt, uitgebreid geïnterviewd. Daarbij heeft hij ook nog veel archiefonderzoek gedaan. Hebben mensen nog wel een idee hoe het is geweest? Hele dorpen in de winter op de vlucht voor het ijskoude kolkende water, omdat grootgrondbezitters de aanleg van een polderdijk tegenwerkten. Arme ouders die met hun kinderen uit hun onderkomens op straat werden gezet door hardvochtige armvoogden. Arbeiders die aan het einde van de koude winter een dode koe opgroeven, zodat ze toch wat te eten hadden. Een veenbaas die het hele jaar de halve centen spaarde, zodat hij de nieuwjaarsbedelaars geen hele cent hoefde te geven. Veel aandacht besteedt het boek aan de sociale strijd in de veenpolders. Het bevat ook de geschiedenissen van moedige idealisten, schoolmeesters, handwerkslieden en arbeiders die alles, inkomsten ja zelfs hun gezondheid, opofferden omdat ze geloofden in een betere toekomst voor hun kinderen. Verhalen die ontroeren en inspireren. Maar het boek gaat niet alleen over het leven van de turfgravers. Het gaat ook over veenbazen, adellijke heren, schippers, dominees, winkeliers en herbergiers. Dit boek is een volledig herziene en aangevulde versie van de eerste (1981) en tweede (1994) druk. Deze herziening was noodzakelijk vanwege voortgezet onderzoek en voortschrijdend inzicht inzake het verloop van de veenderijen, de veenstakingen, terwijl ook aanvullend genealogisch onderzoek is verricht naar mensen en families die in het boek voorkomen en die in het verhaal een bepaalde rol spelen. Bornmeerpap - 367 blz