Anita Hopmans
‘Het ritmus van de kunst’
Brieven van Bram van Velde aan zijn mecenas, 1922-1935
€ 19,90 Oorspronkelijke prijs was: € 19,90.€ 7,90Huidige prijs is: € 7,90.
ISBN: 9789068684339. Bindwijze: ing Taal: NL Uitgever: THOTH Auteur: Anita Hopmans Paginas: 239 Categorie: Kunst.
Bram van Velde (1895-1981) maakte na 1945 internationaal naam als kunstschilder. Rond zijn twaalfde ging hij als huisschilder in de leer bij het schilders- en decoratiebedrijf van Eduard H. Kramers (1861-1949). Kramers onderkende al vroeg zijn coloristische gaven en stimuleerde hem om zich verder als kunstschilder te ontwikkelen.
Gerelateerde producten
kunst
Mondriaan en het kubisme
De grootsheid van Piet Mondriaan komt het beste tot uiting in het werk waarmee de kunstenaar, die zeventig jaar geleden overleed, zich ging meten met wat er internationaal gaande was.In 1912 vertrok Mondriaan (1872-1944) richting Parijs. Hij wilde zijn eigen werk vernieuwen, en het experiment van een volledig abstracte kunst aangaan, door zich te meten met het werk van vooral Pablo Picasso. Terug in Nederland toonde Mondriaan in 1914 in een Haagse galerie zestien werken die hij in Parijs maakte. 'Mondriaan en het kubisme - Parijs 1912-1914' laat zien hoe eigenzinnig dit nieuwste werk van Mondriaan was, en hoe divers de werken zijn die onder de noemer kubisme vallen. Want voor het eerst wordt de doorwerking van het kubisme in Nederland in kaart gebracht.Het rijk geïllustreerde boek vergelijkt Nederlandse kunstenaars als Sluijters, Toorop, Schelfhout, Gestel en Van Heemskerck, die voelden dat in het kubisme iets schuil ging, met de diverse aanvoerders van het Frans kubisme, kunstenaars als Picasso, Braque en Léger. THOTHPAP - 143 blz
kunst
De wereld van George Minne & Maurice Maeterlinck
Maeterlinck, afkomstig uit de Gentse katholieke bourgeoisie, was al bij zijn debuut in 1889 gebombardeerd tot literaire revelatie: de onwezenlijke sfeer van zijn gedichten zette zijn stempel op de schrijvers, muzikanten, theatermakers, en beeldende kunstenaars van zijn tijd. Ook het Gentse Museum voor Schone Kunsten richt in het najaar de schijnwerpers op Maeterlinck, maar laat de beeldhouwer George Minne, zijn stadsgenoot, even zeer in de aandacht delen. Minnes sculpturen waren voor Klimt, Kokoschka en Schiele een uiterst belangrijke bron van inspiratie. Ook Maeterlinck herkende in hem 'de grote dichter van het grote leed' en vroeg hem regelmatig om zijn boeken te illustreren. Minne en Maeterlinck hadden een sterke band: zo zeer deelden ze dezelfde gedachten dat Minne soms twijfelde of een idee van hem dan wel van Maeterlinck kwam. De wereld van George Minne en Maurice Maeterlinck volgt het duo van het jaar van hun eerste kennismaking – rond 1886 – en eindigt midden jaren 1890, toen zij Gent verlieten voor Brussel en Parijs. ‘De wereld van George Minne en Maurice Maeterlinck’ schept een levendig beeld van het Gentse artistieke milieu van het einde van de 19de eeuw, waarin opmerkelijke figuren als Grégoire le Roy, Georges Rodenbach en Charles Van de Woestijne, Fernand Knopff en Leon Spilliaert figureren. Mercatorfondsgeb - 224 blz
kunst
Mattie Boom
Eduard Isaac Asser 1809-1894
Eduard Isaac Asser, jurist in Amsterdam, experimenteerde als een van de eersten in Nederland met het nieuwe medium fotografie. Aanvankelijk hield hij zich bezig met daguerreotypie, later concentreerde hij zich op het papieren negatief. Zijn oeuvre, dat voornamelijk uit portretten en stadsgezichten bestaat, is volledig bewaard gebleven en in het catalogusdeel van 'Eduard Isaac Asser' afgebeeld en beschreven. Focus165 blz
kunst
Jan Cremer, Wim van der Linden
Working class hero
Schrijver en beeldend kunstenaar Jan Cremer (1940) stamt van vaderszijde uit een familie van hoefsmeden en beroepsmilitairen uit Pruisen en Hessen, zijn moeders familie is afkomstig uit Hongarije. Korte tijd volgde hij een opleiding aan de Academie voor Beeldende Kunst in Arnhem. Als schilder kreeg hij snel erkenning met zijn 'peinture barbarisme', intussen reist hij veel en woont overal.In het najaar van 1963 zwerven Jan Cremer en Wim van der Linden ieder weekend samen door Amsterdam. Wim van der Linden heeft een hok met een donkere kamer op Kattenburg, Jan Cremer heeft al een gezin en woont in de Jodenhouttuinen. De huizen die ze daar bewonen, zijn allang gesloopt. Amsterdam in 1963 is een stad in doodsnood. Het is alles sloop en verval. In die puingruwel staat Jan Cremer en kijkt hongerig in de lens.Op zijn drieëntwintigste heeft Jan Cremer een heel leven achter de rug, maar ondanks zijn successen als schilder is hij arm gebleven en noodgedwongen werkt hij in de haven. De Cremer die Wim van der Linden vastlegt, is hard op weg om van 'working class' tot 'working class hero' uit te groeien. Op alle foto's die Wim van der Linden in 1963 van hem maakt, is hij de belichaming van het nieuwe, van de dingen die komen gaan. Het icoon van de verandering wordt de foto van Jan Cremer op zijn Harley Davidson, de coverfoto van Ik Jan Cremer, dat in 1964 verschijnt. Daarna is alles anders.Wim van der Linden en Jan Cremer zullen nog tien jaar samen optrekken. Tussen 1963 en 1969 maakt hij zo'n duizend foto's van Jan Cremer, waarvan het grootste deel zich bevindt in het archief van Cremer. In dit boek zijn 80 door Jan Cremer uitgekozen foto's verzameld. Ze geven niet alleen een beeld van Jan Cremer, maar ze zijn ook een monument voor de vriendschap van twee kunstenaars, de schrijver en de fotograaf. d'Jongehonding - 96 blz