Terug/Home/Webwinkel ramsj.nl /Geschiedenis/Sporen in de modder
Als in november 1918 de wapenstilstand ingaat, blijkt dat het buurtspoorwegennetwerk aan beide zijden van het front zeer sterk is uitgebreid. Hier en daar blijven nog stille getuigen van die bovenmenselijke transportinspanning voor het vervoer van troepen en van bepaalde bevoorradingsmiddelen die met de tram of buurtspoorwegen zijn aangevoerd. De tram speelt in de hoofden van de militairen vóór 1914 nauwelijks een rol. Bij de mobilisatie en vooral bij de aftocht naar de versterkte vesting Antwerpen wordt er zorg gedragen voor het verbinden van de verschillende netten en wordt er zo goed als mogelijk rollend materieel uit de handen van de invaller gehouden. Als het Belgische leger begin oktober 1914 terugplooit op Oostende en nadien de stelling achter de IJzer inneemt, speelt de tram een zeer belangrijke rol voor de afvoer van troepen die zich terugtrekken voor de Duitsers. Vrij snel rijpt in de hoofden van de militairen, zowel als de trammaatschappijen dat er werk aan de winkel is. ‘Sporen in de modder’ vertelt het verhaal van de tram in oorlogstijd. Van de spoorwegen is bekend dat ze tijdens de Eerste Wereldoorlog een belangrijke rol hebben gespeeld in de bevoorrading van het front. Veel minder bekend is dat ook een relatief bescheiden transportmiddel als de trams een groot deel van de bevoorrading en de troepentransport voor zijn rekening nam. Dat had niet alleen te maken met de aanwezigheid van een uitgebreid tramnetwerk in België. Door de aanhoudende bombardementen was het wegennet soms zo grondig verwoest dat terugvallen op trams en smalspoor de enige werkbare oplossing bleek. ‘Sporen in de modder’ vult een lacune in de kennis van de spoorweggeschiedenis en beperkt zich daarbij niet tot droge feiten en cijfers, maar brengt ook de lotgevallen van trambestuurders en hun passagiers onder de aandacht. Een onmisbaar werk voor iedereen die geïnteresseerd is in militaire geschiedenis.
Gerelateerde producten
geschiedenis

Harry van Wijnen
‘Blood, Sweat and Tears’
Begin jaren veertig had Hitler een groot deel van Europa veroverd; of stond op het punt dat te doen. Er was maar één land dat de totale overwinning in de weg stond: Groot-Brittannië. En daarbinnen was het maar een man: Winston Churchill. Het was Churchill die Hitler en zijn legers weerstond, het was Churchill die zijn landgenoten inspireerde tot onvoorwaardelijke strijd en hen daarin voorging. Hij was de man 'die geboren was om Engeland naar de overwinning te voeren'. De Londense wijk East End werd door Duitse bommenwerpers met de grond gelijk gemaakt. Honderden beroemde landmarks in de Britse hoofdstad werden verwoest. Honderdduizenden Londenaren sliepen in geïmproviseerde schuilkelders en in de tunnelbuizen van de Underground. De toestand was zo goed als onhoudbaar. Maar onder de bezielende en vastberaden leiding van Churchill werden de bombardementen verdragen en bleef Engeland overeind. Uiteindelijk liet Hitler zijn plan voor een invasie varen. Harry van Wijnen schreef met 'Blood; Sweat and Tears' niet alleen een meeslepende ondergrondse geschiedenis van Londen; maar ook een fascinerende biografie van Churchill in de cruciale oorlogsjaren 1940 en 1941. Dat was de periode voordat Amerika in de Tweede Wereldoorlog kwam; waarin Engeland er moederziel alleen voor stond. Van Wijnen zocht en vond in Churchills fameuze radiotoespraken; maar ook in talloze archieven en dagboeken van vermaarde en minder vermaarde Engelsen uit die periode; het geheim van de Britse vechtersmentaliteit en hun vastberaden wil de Duitsers te verslaan en het nazisme te vernietigen.geschiedenis

Mark de Geest
Een dure vrede
Voor de Eerste Wereldoorlog was België de op vijf na grootste industriële macht ter wereld. Overal ter wereld legden Belgische firma's spoorwegen aan en reden Belgische treinen en trams, tot in Latijns-Amerika en China toe. Belgische firma's bouwden de Parijse metro en legden de Oriënt Express aan. De beurs van Brussel was een van de tien belangrijkste beurzen ter wereld. Aan die periode van ongekende welvaart kwam een bruusk einde toen Duitse legers in augustus 1914 België binnenvielen en liet het land kaalgeplukt achter, België was zijn voormalige status als industriële grootmacht voor altijd kwijt.geschiedenis

Herman Hülsmann
Mijn reis naar Indië 1928-1929
In dit dagboek neemt Hermann Hülsmann ons mee op reis naar het toen nog verre Nederlands-Indië. Hülsmann was samen met drie andere studenten uitgenodigd door de Vereeniging Jan Pieterszoon Coen, die met groepsreizen de deelnemers wilde interesseren voor topfuncties in Indië. Er moest dan wel een verslag worden geschreven over enkele projecten die onderweg werden bezocht. Hermann Hülsmann beperkte zich niet tot de beschrijving van 'enkele projecten'. Hij zette zo veel mogelijk waarnemingen op papier. En hij maakte er foto's bij. Het resultaat is een levendig en vaak humoristisch geschreven verslag van een tijdsbeeld. Het dagboek begint met de avontuurlijke heenreis met de boot door het Suezkanaal. In Indië bezoekt hij bekende trekpleisters, die toen nog niet zo toeristisch waren als nu. En hij schrijft uitgebreid over het dagelijks leven en werken in die tijd. 'Mijn reis naar Indië' bevat veel bijzondere wetenswaardigheden, onder andere over de toenmalige stand van de techniek. Hermann eindigt zijn bezoek met een reis door Atjeh met de zogenaamde Atjeh Tram (opgeheven in 1962). In dit deel van het dagboek beschrijft hij onder andere de wegenbouwprojecten in dit toen nog onontgonnen gebied. Voor Hermann Hülsmann (1902-1983) bleef dit de reis van zijn leven. Uiteindelijk is hij niet naar Indië gegaan om daar een leidende functie te gaan vervullen. In plaats daarvan koos hij voor een carrière bij de rechterlijke macht in Nederland. En niet zonder succes: hij nam afscheid van zijn werkzame leven als Raadsheer van de Hoge Raad der Nederlanden.geschiedenis
