Terug/Home/Webwinkel ramsj.nl /Non-Fictie/Economie & politiek/Politici
Coen Verbraak
Politici
Kijken in de ziel
€ 18,90 Oorspronkelijke prijs was: € 18,90.€ 7,90Huidige prijs is: € 7,90.
ISBN: 9789060059258.
Bindwijze:
pap
Taal:
NL
Uitgever:
Thomas Rap
Auteur:
Coen Verbraak
Paginas:
284
Categorieën: Economie & politiek, Non-Fictie.
‘Kijken in de ziel’ is dé succesvolle tv-serie van de NTR. Coen Verbraak kruist in dit deel de degens met grote politici van vroeger en nu: Jan Marijnissen, Wouter Bos, Hans Wiegel, Elco Brinkman, Jolande Sap, André Rouvoet, Els Borst, Jack de Vries, Nebahat Albayrak, Frans Weisglas en Rita Verdonk. Waarom zijn ze volksvertegenwoordiger geworden? In hoeverre beïnvloedt het werk hun privéleven en andersom?
Gerelateerde producten
non-fictie

Elco Brinkman
Bouwen en bewaren
Elco Brinkman bracht decennialang door op en rond het Haagse Binnenhof, in het midden, op de brug tussen bestuur en politiek, tussen mensen en hun maatschappij, tussen verdienen en verdelen. Hij groeide op in het openbaar bestuur, maar drong aan op beperktere groei van de overheid, met meer eigen inbreng en verantwoordelijkheid van mensen zelf. Zijn verhalen over 'genoeg van de staat' konden niet overal en altijd op instemming rekenen. Hoewel hij tegen revoluties was, schuwde hij de weerbarstigheden bij veranderingen niet. Op allerlei plekken bij de overheid, in instellingen en bedrijven zat hij vaak op de voorste rij, waar niet zelden de eerste en hardste klappen vielen. Ook in zijn persoonlijk leven liep niet altijd alles op rolletjes. In 'Bouwen en bewaren' vertelt Elco Brinkman in beeldrijke woorden, ironisch, doordacht en openhartig over zijn rijk gevarieerde leven achter de schermen van de (on)macht. Elco Brinkman (1948) werd reeds op 34-jarige leeftijd minister in het kabinet-Lubbers I, en daarna in Lubbers II. Van 1989 tot 1994 was hij fractievoorzitter van het CDA in de Tweede Kamer. In 2006 riep de Volkskrant hem uit tot bestuurder met de meeste invloed in ons land. In 2011 trad hij aan als CDA-fractievoorzitter in de Eerste Kamer. In 2019 stelde hij zich niet herkiesbaar. Prometheusgeb - 535 blz
non-fictie

Lilian Marijnissen
De winst van eerlijk delen
De symptomen zijn onmiskenbaar. Een economie die werkt voor een enkeling maar niet voor de samenleving. Een democratie die wordt gegijzeld door markt en kapitaal. En een groeiende tweedeling in dat wat van ons allemaal is. Het neoliberalisme is niet voorbij maar gemeengoed geworden. Met een minister-president die het zich kan permitteren om het hele bestaan ervan te ontkennen. Hoe is het zover gekomen? Waarom lukt het, ook linkse partijen, onvoldoende om de ideeënstrijd te voeren en met een echt alternatief te komen? Hoe kan een radicale democratisering het antwoord zijn op de problemen van de huidige tijd? In 'De winst van eerlijk delen' legt Lilian Marijnissen ons politiek systeem op de snijtafel. Met een vlijmscherpe analyse komt ze tot een onverbiddelijke conclusie. Dit doet ze op de toegankelijke en open manier die we van haar kennen. Doorspekt met persoonlijke anekdotes, actuele feiten en keiharde argumenten laat ze zien waar Nederland de verkeerde afslag heeft genomen. Maar daar blijft het niet bij. In haar boek beschrijft ze hoe we de weg terug kunnen vinden. Het is nooit te laat om opnieuw te beginnen. Een fundamentele verandering is nodig. Lilian Marijnissen (1985) is fractievoorzitter van de SP in de Tweede Kamer. Prometheuspap - 240 blz
muziek

Niek Nelissen
Willem van Otterloo
Willem van Otterloo was één van de vier belangrijkste Nederlandse dirigenten van de twintigste eeuw. Als componist liet hij een klein maar verfijnd oeuvre na. Zijn bekendste werk is de Symphoniëtta (1943), die behoort tot de meest gespeelde Nederlandse composities. Van Otterloo's levensverhaal geeft een interessant tijdsbeeld van het muziekleven tussen 1928 en 1978. Hij begon zijn loopbaan als tutticellist in het Utrechts Stedelijk Orkest. Een compositieprijsvraag van het Concertgebouw in 1932 bleek bepalend voor zijn toekomst. De orkestsuite die hij instuurde, werd bekroond met de eerste prijs en hij mocht de uitvoering door het Concertgebouworkest zelf dirigeren. Het USO stelde hem in 1934 aan als tweede en in 1937 als eerste dirigent. Hij bleef aan toen het USO in 1943 werd ingezet bij de Europasender, een Duitse propagandazender. Dit kwam hem na de bevrijding te staan op een veroordeling door de Ereraad voor de muziek. In 1949 werd Van Otterloo eerste dirigent van het Residentie Orkest, dat hij bijna een kwart eeuw leidde. Het Haagse orkest ging met hem een ongekende bloeitijd tegemoet. In 1950 werd hij een van de vaste dirigenten van het nieuwe platenlabel van Philips, dat hem behalve met het RO opnamen liet maken in Berlijn, Parijs en Wenen. De vele Philips-lp's droegen bij tot zijn internationale reputatie. Na het overlijden van Eduard van Beinum in 1959 werd algemeen verwacht dat hij diens opvolger zou worden bij het Concertgebouworkest. De keuze viel echter op Bernard Haitink en Van Otterloo bleef in Den Haag. In de jaren zestig kwam Van Otterloo bij het RO onder vuur te liggen door de roep om inspraak en repertoirevernieuwing. Als gastdirigent verlegde hij zijn activiteiten deels naar het buitenland. Na zijn vertrek bij het RO in 1973 werd hij chef-dirigent van het Sydney Symphony Orchestra. In 1978 overleed hij in Australië bij een verkeersongeval. Recensie: Dit vlot geschreven imposante boek is een handelsuitgave van een academisch proefschrift over de introverte levens- en musiceerstijl van een van Nederlands bekende orkestleiders met een interessant tijdsbeeld (1933-1978). Zelf voortgekomen uit de orkestpraktijk stond hij als vaste dirigent "op de bok" van respectievelijk het Utrechts Stedelijk Orkest en het Residentie Orkest. Ook de kronieken van beide ensembles uit die periode worden door de promovendus - muziekjournalist en leraar vwo geschiedenis - in detail beschreven. Voor diegenen die onder Van Otterloo hebben gespeeld, is dit relaas 'gefundenes Fressen'. Maar voor hen niet alleen! Het boek bevat naast talrijke bijlagen en foto's een dvd met een tweetal televisieregistraties uit respectievelijk 1963 (Gebouw K&W Den Haag, Brahms III) en 1976 (St. Bavokerk Haarlem, Beethoven IX). Het boek en de dvd zijn toonaangevend voor de onderhavige periode van het orkestbedrijf. Metagegevens • Van Gruting • Gebonden • 629 pagina’s • ISBN 9789075879407 • NUR: 660 - Muziek algemeen • Genre: Kunst, Muziek, Biografieën • Trefwoorden: Dirigent, Residentie Orkest, Van Otterloo Over de auteur: Niek Nelissen (1952) studeerde geschiedenis in Groningen. Hij is werkzaam als leraar aan het Stedelijk Gymnasium in Arnhem en als toetsdeskundige bij het Cito. Als muziekjournalist schreef hij een groot aantal artikelen voor muziektijdschriften en toelichtingen bij cd-uitgaven op muziekhistorisch gebied. De biografie van Willem van Otterloo is de handelsuitgave van het proefschrift dat hij in 2009 verdedigde aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Over de uitgever: Uitgeverij Van Gruting, opgericht in 1996, legt zich toe op het uitgeven van boeken op het terrein van geschiedenis, kunstgeschiedenis, muziekgeschiedenis en literatuurgeschiedenis. Van Grutinggeb - 628 blz
non-fictie

Jan Fontijn
Moederskinderen
Het was voor Jan Fontijn een schok van herkenning toen hij Stendhals emotionele beschrijving las over de dood van diens moeder. Het herinnerde hem aan de nauwe band die hij als kind met zijn eigen moeder had en hoe die band door haar verschrikkelijke dood werd verbroken. Deze lees- en levenservaring was voor Fontijn aanleiding op zoek te gaan naar de wijze waarop een aantal prominente mannelijke schrijvers de band met hun moeder hebben beleefd en beschreven. Helder en beknopt weet hij de hoogte- en dieptepunten van de moeder-zoonrelatie te beschrijven. Zo komen in 'Moederskinderen' buitenlandse auteurs als Paul Léautaud, Michel Houellebecq, Charles Baudelaire, Rainer Maria Rilke, Friedrich Nietzsche, Marcel Proust en André Gide aan bod. Maar ook Nederlandstalige auteurs zijn met Gerard Reve, Herman Gorter, Jan Hanlo, Martinus Nijhoff, Frederik van Eeden, Lodewijk van Deyssel en de Belgische Maurice Gilliams goed vertegenwoordigd. 'Moederskinderen' noemt hij die door hem gekozen schrijvers, omdat de moederliefde of het intens verlangen daarnaar zo dominant in hun leven en werk aanwezig is. Hun relatie met hun moeder is vaak ontroerend en navrant en is voor Jan Fontijn meer dan eens aanleiding om die te verbinden met zijn eigen relatie met zijn moeder. Er zijn ook schrijvers die hun moeder nooit gekend hebben en leden onder dat gemis. Het boek sluit af met een korte schets van de wijze waarop psychiaters H.C. Halberstadt-Freud, Sigmund Freud en Georg Groddeck de relatie tussen moeder en zoon beschouwden. Prometheuspap - 170 blz