Terug/Home/Webwinkel ramsj.nl /Non-Fictie/Man/Vader
Jan van Mersbergen
Man/Vader
€ 19,99 € 7,90
Jan van Mersbergen gaat door het leven als man en als vader. Maar wat betekent dat eigenlijk? In Man / Vader beschouwt Van Mersbergen ‘mannendingen’ als vissen, het metselen van een muurtje, vechten en bier drinken, maar in het leven van een vader worden ook koude handjes opgewarmd, geruststellende woorden gefluisterd voor een spannende sportwedstrijd, slaapliedjes gezongen. Hij vraag zich af: ‘Doe ik het als man wel goed?’, ‘Hoe verhoudt de man zich tot de vrouw?’, ‘Wat zijn de verschillen tussen het moeder- en vaderschap?’ en ‘Hoe voedt een man zijn kinderen op?’. Met tedere pen beschrijft Jan van Mersbergen het alledaagse leven van de moderne man die een zorgzame en toegewijde vader is en tegelijkertijd op en top mannelijk en stoer is of dat op z’n minst zou willen zijn.
Gerelateerde producten
muziek

Niek Nelissen
Willem van Otterloo
Willem van Otterloo was één van de vier belangrijkste Nederlandse dirigenten van de twintigste eeuw. Als componist liet hij een klein maar verfijnd oeuvre na. Zijn bekendste werk is de Symphoniëtta (1943), die behoort tot de meest gespeelde Nederlandse composities. Van Otterloo's levensverhaal geeft een interessant tijdsbeeld van het muziekleven tussen 1928 en 1978. Hij begon zijn loopbaan als tutticellist in het Utrechts Stedelijk Orkest. Een compositieprijsvraag van het Concertgebouw in 1932 bleek bepalend voor zijn toekomst. De orkestsuite die hij instuurde, werd bekroond met de eerste prijs en hij mocht de uitvoering door het Concertgebouworkest zelf dirigeren. Het USO stelde hem in 1934 aan als tweede en in 1937 als eerste dirigent. Hij bleef aan toen het USO in 1943 werd ingezet bij de Europasender, een Duitse propagandazender. Dit kwam hem na de bevrijding te staan op een veroordeling door de Ereraad voor de muziek. In 1949 werd Van Otterloo eerste dirigent van het Residentie Orkest, dat hij bijna een kwart eeuw leidde. Het Haagse orkest ging met hem een ongekende bloeitijd tegemoet. In 1950 werd hij een van de vaste dirigenten van het nieuwe platenlabel van Philips, dat hem behalve met het RO opnamen liet maken in Berlijn, Parijs en Wenen. De vele Philips-lp's droegen bij tot zijn internationale reputatie. Na het overlijden van Eduard van Beinum in 1959 werd algemeen verwacht dat hij diens opvolger zou worden bij het Concertgebouworkest. De keuze viel echter op Bernard Haitink en Van Otterloo bleef in Den Haag. In de jaren zestig kwam Van Otterloo bij het RO onder vuur te liggen door de roep om inspraak en repertoirevernieuwing. Als gastdirigent verlegde hij zijn activiteiten deels naar het buitenland. Na zijn vertrek bij het RO in 1973 werd hij chef-dirigent van het Sydney Symphony Orchestra. In 1978 overleed hij in Australië bij een verkeersongeval. Recensie: Dit vlot geschreven imposante boek is een handelsuitgave van een academisch proefschrift over de introverte levens- en musiceerstijl van een van Nederlands bekende orkestleiders met een interessant tijdsbeeld (1933-1978). Zelf voortgekomen uit de orkestpraktijk stond hij als vaste dirigent "op de bok" van respectievelijk het Utrechts Stedelijk Orkest en het Residentie Orkest. Ook de kronieken van beide ensembles uit die periode worden door de promovendus - muziekjournalist en leraar vwo geschiedenis - in detail beschreven. Voor diegenen die onder Van Otterloo hebben gespeeld, is dit relaas 'gefundenes Fressen'. Maar voor hen niet alleen! Het boek bevat naast talrijke bijlagen en foto's een dvd met een tweetal televisieregistraties uit respectievelijk 1963 (Gebouw K&W Den Haag, Brahms III) en 1976 (St. Bavokerk Haarlem, Beethoven IX). Het boek en de dvd zijn toonaangevend voor de onderhavige periode van het orkestbedrijf. Metagegevens • Van Gruting • Gebonden • 629 pagina’s • ISBN 9789075879407 • NUR: 660 - Muziek algemeen • Genre: Kunst, Muziek, Biografieën • Trefwoorden: Dirigent, Residentie Orkest, Van Otterloo Over de auteur: Niek Nelissen (1952) studeerde geschiedenis in Groningen. Hij is werkzaam als leraar aan het Stedelijk Gymnasium in Arnhem en als toetsdeskundige bij het Cito. Als muziekjournalist schreef hij een groot aantal artikelen voor muziektijdschriften en toelichtingen bij cd-uitgaven op muziekhistorisch gebied. De biografie van Willem van Otterloo is de handelsuitgave van het proefschrift dat hij in 2009 verdedigde aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Over de uitgever: Uitgeverij Van Gruting, opgericht in 1996, legt zich toe op het uitgeven van boeken op het terrein van geschiedenis, kunstgeschiedenis, muziekgeschiedenis en literatuurgeschiedenis. Van Grutinggeb - 628 blz
non-fictie

Jan Fontijn
Moederskinderen
Het was voor Jan Fontijn een schok van herkenning toen hij Stendhals emotionele beschrijving las over de dood van diens moeder. Het herinnerde hem aan de nauwe band die hij als kind met zijn eigen moeder had en hoe die band door haar verschrikkelijke dood werd verbroken. Deze lees- en levenservaring was voor Fontijn aanleiding op zoek te gaan naar de wijze waarop een aantal prominente mannelijke schrijvers de band met hun moeder hebben beleefd en beschreven. Helder en beknopt weet hij de hoogte- en dieptepunten van de moeder-zoonrelatie te beschrijven. Zo komen in 'Moederskinderen' buitenlandse auteurs als Paul Léautaud, Michel Houellebecq, Charles Baudelaire, Rainer Maria Rilke, Friedrich Nietzsche, Marcel Proust en André Gide aan bod. Maar ook Nederlandstalige auteurs zijn met Gerard Reve, Herman Gorter, Jan Hanlo, Martinus Nijhoff, Frederik van Eeden, Lodewijk van Deyssel en de Belgische Maurice Gilliams goed vertegenwoordigd. 'Moederskinderen' noemt hij die door hem gekozen schrijvers, omdat de moederliefde of het intens verlangen daarnaar zo dominant in hun leven en werk aanwezig is. Hun relatie met hun moeder is vaak ontroerend en navrant en is voor Jan Fontijn meer dan eens aanleiding om die te verbinden met zijn eigen relatie met zijn moeder. Er zijn ook schrijvers die hun moeder nooit gekend hebben en leden onder dat gemis. Het boek sluit af met een korte schets van de wijze waarop psychiaters H.C. Halberstadt-Freud, Sigmund Freud en Georg Groddeck de relatie tussen moeder en zoon beschouwden. Prometheuspap - 170 blz
non-fictie

Jan Timmer
Die man van Philips
Jan Timmer wordt vaak herkend als 'die man van Philips'. Hij werkte er zijn leven lang, en was van 1990 tot 1996 president-directeur. Nu vertelt hij het verhaal van zowel die man als dat bedrijf. Hoe boeiend en afwisselend een loopbaan bij een multinational kan verlopen, hoeveel kansen tot ontplooiing er zijn. Daarnaast biedt hij inzicht in de complexe besluitvormingsprocessen van een wereldwijd opererend concern. Hij beschrijft hoe het Angelsaksische businessmodel, met zijn nadruk op aandeelhouderswaarde, een ongewenste invloed heeft gehad op de bedrijfsvoering, en niet alleen bij Philips. Hij neemt stelling tegen de al te gemakkelijke inkoop van eigen aandelen, ook door Europese bedrijven. Timmer schetst ook hoe Europa in technologisch opzicht in een isolement is geraakt ten opzichte van Silicon Valley en het Verre Oosten. Hoe moordende concurrentie vanuit Azië heeft geleid tot de ondergang van het ooit dominante onderdeel Consumentenelektronica. Maar ook hoe ASML en NXP konden uitgroeien tot succesvolle bedrijven. Timmer is van mening dat Philips ook zelf verantwoordelijk is geweest voor de krimp van het concern. Vanuit zijn levenslange betrokkenheid bij het bedrijf heeft hij begrip voor de dilemma's waar managers voortdurend mee geconfronteerd worden. Maar, betoogt Timmer onomwonden, Philips had vandaag de dag beslist méér kunnen zijn dan het nu is. Prometheuspap - 256 blz
gezondheid

Lex Boon
De man die van zijn been een lamp maakte
Journalist Lex Boon heeft een neus voor mooie en boeiende verhalen. In al die verhalen, die vaak beginnen met een eenvoudige vraag, stuit hij op verrassende wetenswaardigheden, laat hij boeiende mensen aan het woord en ontsluiert hij iets van de tijd waarin we leven. Waar komt het water in de Amstel in Amsterdam eigenlijk vandaan? Het lijkt een simpele vraag die je kunt beantwoorden door op de kaart te kijken. Maar zo eenvoudig is het niet. Boon eindigt zijn fantastische zoektocht op een bergtop in Zwitserland. Een andere reportage speelt zich af in 236 stegen van Amsterdam, waar dingen gebeuren die het daglicht niet kunnen verdragen. En is de geur van de hoofdstad eigenlijk in een parfum te vangen? Hilarisch is het verhaal over een man en zijn been. Het been moet worden geamputeerd en de man wil het houden om er een lamp van te maken. Boon volgt het proces van been tot lamp. En hoe weet een groep jonge Roemeense criminelen zeven waardevolle schilderijen uit de Rotterdamse Kunsthal te stelen? Wat dacht de man op Faeröer, toen hij per ongeluk een potvis liet ontploffen? Wat doet die Indiase monnik eigenlijk midden in een Amstelveense woonwijk? En waarom krijgt Boon brieven van de koningin? Meulenhoffpap - 336 blz