Terug/Home/Webwinkel ramsj.nl /Non-Fictie/Biografieën/Majoor van het menselijk leed
Rick Honings
Majoor van het menselijk leed
Leven, werk en imago van Herman Brusselmans
€ 25,99 Oorspronkelijke prijs was: € 25,99.€ 7,90Huidige prijs is: € 7,90.
ISBN: 9789044630268. Bindwijze: ing Taal: NL Uitgever: Prometheus Auteur: Rick Honings Paginas: 391 Categorieën: Biografieën, Non-Fictie.
Hij wordt zowel verguisd als verafgood. Hij is een zeer belangrijk schrijver.’ Dat staat te lezen op de achterzijde van de boeken van de langharige veelschrijver Herman Brusselmans. Het tekstje mag dan met de hem kenmerkende bravoure zijn geschreven, wat er staat klopt: je houdt van hem of je verafschuwt hem, een tussenweg is er niet. Maar hoe er ook over hem gedacht wordt, Brusselmans is een beroemdheid. Er is niemand die hem niet kent: als auteur van ruim zeventig boeken en als televisiepersoonlijkheid.
Gerelateerde producten
muziek
Niek Nelissen
Willem van Otterloo
Willem van Otterloo was één van de vier belangrijkste Nederlandse dirigenten van de twintigste eeuw. Als componist liet hij een klein maar verfijnd oeuvre na. Zijn bekendste werk is de Symphoniëtta (1943), die behoort tot de meest gespeelde Nederlandse composities. Van Otterloo's levensverhaal geeft een interessant tijdsbeeld van het muziekleven tussen 1928 en 1978. Hij begon zijn loopbaan als tutticellist in het Utrechts Stedelijk Orkest. Een compositieprijsvraag van het Concertgebouw in 1932 bleek bepalend voor zijn toekomst. De orkestsuite die hij instuurde, werd bekroond met de eerste prijs en hij mocht de uitvoering door het Concertgebouworkest zelf dirigeren. Het USO stelde hem in 1934 aan als tweede en in 1937 als eerste dirigent. Hij bleef aan toen het USO in 1943 werd ingezet bij de Europasender, een Duitse propagandazender. Dit kwam hem na de bevrijding te staan op een veroordeling door de Ereraad voor de muziek.In 1949 werd Van Otterloo eerste dirigent van het Residentie Orkest, dat hij bijna een kwart eeuw leidde. Het Haagse orkest ging met hem een ongekende bloeitijd tegemoet. In 1950 werd hij een van de vaste dirigenten van het nieuwe platenlabel van Philips, dat hem behalve met het RO opnamen liet maken in Berlijn, Parijs en Wenen. De vele Philips-lp's droegen bij tot zijn internationale reputatie. Na het overlijden van Eduard van Beinum in 1959 werd algemeen verwacht dat hij diens opvolger zou worden bij het Concertgebouworkest. De keuze viel echter op Bernard Haitink en Van Otterloo bleef in Den Haag. In de jaren zestig kwam Van Otterloo bij het RO onder vuur te liggen door de roep om inspraak en repertoirevernieuwing. Als gastdirigent verlegde hij zijn activiteiten deels naar het buitenland. Na zijn vertrek bij het RO in 1973 werd hij chef-dirigent van het Sydney Symphony Orchestra. In 1978 overleed hij in Australië bij een verkeersongeval.Recensie: Dit vlot geschreven imposante boek is een handelsuitgave van een academisch proefschrift over de introverte levens- en musiceerstijl van een van Nederlands bekende orkestleiders met een interessant tijdsbeeld (1933-1978). Zelf voortgekomen uit de orkestpraktijk stond hij als vaste dirigent "op de bok" van respectievelijk het Utrechts Stedelijk Orkest en het Residentie Orkest. Ook de kronieken van beide ensembles uit die periode worden door de promovendus - muziekjournalist en leraar vwo geschiedenis - in detail beschreven. Voor diegenen die onder Van Otterloo hebben gespeeld, is dit relaas 'gefundenes Fressen'. Maar voor hen niet alleen! Het boek bevat naast talrijke bijlagen en foto's een dvd met een tweetal televisieregistraties uit respectievelijk 1963 (Gebouw K&W Den Haag, Brahms III) en 1976 (St. Bavokerk Haarlem, Beethoven IX). Het boek en de dvd zijn toonaangevend voor de onderhavige periode van het orkestbedrijf.Metagegevens • Van Gruting • Gebonden • 629 pagina’s • ISBN 9789075879407 • NUR: 660 - Muziek algemeen • Genre: Kunst, Muziek, Biografieën • Trefwoorden: Dirigent, Residentie Orkest, Van OtterlooOver de auteur: Niek Nelissen (1952) studeerde geschiedenis in Groningen. Hij is werkzaam als leraar aan het Stedelijk Gymnasium in Arnhem en als toetsdeskundige bij het Cito. Als muziekjournalist schreef hij een groot aantal artikelen voor muziektijdschriften en toelichtingen bij cd-uitgaven op muziekhistorisch gebied. De biografie van Willem van Otterloo is de handelsuitgave van het proefschrift dat hij in 2009 verdedigde aan de Radboud Universiteit Nijmegen.Over de uitgever: Uitgeverij Van Gruting, opgericht in 1996, legt zich toe op het uitgeven van boeken op het terrein van geschiedenis, kunstgeschiedenis, muziekgeschiedenis en literatuurgeschiedenis. Van Grutinggeb - 628 blz
non-fictie
Thijs Kleinpaste
Tegenover Dostojevski
Fjodor Dostojevski is misschien wel de grootste schrijver uit het pantheon van de Russische letteren: een genadeloze criticus van de vooruitgang, van de illusies die de mensheid over zichzelf in het leven roept, en van de mens zelf. Althans, dat is wat vaak over hem wordt gezegd. 'Tegenover Dostojevski' beweert het tegendeel. Wat Dostojevski verkondigde was vaak weinig meer dan de boodschap van een schreeuwende amateur-profeet, terwijl de schrijvers tegen wie hij tekeerging ? ook al zijn ze in de vergetelheid geraakt ? vaak meer en belangrijker dingen te zeggen hadden. 'Tegenover Dostojevski' bespreekt drie denkers die weliswaar niet zo beroemd zijn als Dostojevski, maar minstens zoveel aandacht verdienen: Vissarion Belinski, Alexander Herzen en Ivan Toergenjev. Wie? Belinski: de criticus die Dostojevski als piepjonge schrijver ontdekte. Herzen: de essayist die door Dostojevski zeer bewonderd werd. Toergenjev: de schrijver tegen wie Dostojevski zich hevig afzette, maar die hij ook als meerdere erkende. De drie vrienden voerden in hun werk een discussie over de rol van het individu in de geschiedenis. Ze zochten een antwoord op vragen over protest en revolutie, over radicalisme en gematigdheid, en over idealisme en desillusie. Tegenover die gedachtewisseling stond Dostojevski: niet alleen als contrapunt, maar ook als belangrijke getuige. Prometheuspap - 222 blz
non-fictie
Nop Maas
Gerard Reve. De vroege jaren 1923-1962
Gerard Reve (1923-2006) was een van de grootste Nederlandse schrijvers van de twintigste eeuw. Met zijn debuut De avonden (1947) schreef hij een roman die een klassieker zou worden, ook al zag het daar aanvankelijk niet echt naar uit. Verhalen als De ondergang van de familie Boslowits en Werther Nieland, de brievenboeken Op weg naar het einde en Nader tot u, romans als Oud en eenzaam, Moeder en zoon en Bezorgde ouders: het zijn allemaal geschriften die horen bij de canon van de literatuur. Zijn leven lang was Gerard Reve een omstreden auteur, die geregeld in de publiciteit kwam wegens zijn non-conformistisch optreden en zijn provocerende uitspraken. Hij was een van de bepalende figuren in het culturele leven van de tweede helft van de twintigste eeuw.Op 30 oktober 2009, ruim 60 jaar na Reve's romandebuut en ruim drie jaar na diens dood, verscheen het eerste deel van de indrukwekkende, driedelige biografie van literair historicus en Reve-kenner par excellence Nop Maas: 'Gerard Reve - Kroniek van een schuldig leven. De vroege jaren.'In het eerste deel van de biografie wordt een schat aan nieuwe informatie over Gerard Reve's veelbewogen leven voor het eerst openbaar: over zijn jeugdjaren; de oorlogsperiode; zijn huwelijk met de dichteres Hanny Michaelis; de worsteling met zijn homoseksualiteit, zijn communistische verleden en de godsdienst; de achtergronden en de vaak moeizame totstandkoming van zijn werk. De door Reve in omloop gebrachte mythes worden ontrafeld; de verwevenheid van leven en werk wordt, voorzover mogelijk, vastgelegd.Mede dankzij de ruimhartige medewerking van Reve's laatste levenspartner Joop Schafthuizen, die Maas inzage gaf in het privé-archief van de schrijver en tevens toestemming verleende om ruimschoots te citeren uit de vele, tot dusver onbekende, originele Reve-teksten waar Maas de hand op wist te leggen, moet Gerard Reve - Kroniek van een schuldig leven bij voorbaat worden beschouwd als hét standaardwerk over Reve's leven en werken. Van OorschotPAP - 730 blz
non-fictie
Paul P.J. Overvoorde
Als het maar tot iets leidt?
Erfgoedzorg wordt geassocieerd met conservatieve, deftige heren. Dat deftige klopt wellicht, maar het eerste behoeft bijstelling: er waren ook idealisten die streefden naar een mooiere en betere wereld, met verheffing van de arbeider en de emancipatie van de vrouw. Dit geldt met name voor mr. dr. J.C. Overvoorde, een strijder op vele fronten. Deze biografie toont Overvoordes tomeloze engagement voor het veiligstellen van monumentaal erfgoed, musea en archieven, het initiëren van een monumentenwet, en voor de gelijke behandeling van de vrouw en haar emancipatie. Hij richt de Nederlandsche Oudheidkundige Bond op, met in het bestuur strijders die als jonge honden de sloop van monumenten proberen te voorkomen. Ook de rol die Overvoorde in de eerste emancipatiegolf speelt, wordt uitstekend belicht. Zijn feministisch rechtshistorisch proefschrift maakt hem bekend als voorstander van vrouwenemancipatie - hun zwaar achtergestelde positie vindt hij onaanvaardbaar voor een beschaafd land. Hij werkt even samen met Aletta Jacobs en kruist vaak de degens met Wilhelmina Drucker. Hij adviseert Annette Versluijs-Poelman, voorzitter van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht, van achter de schermen. Daarnaast is hij actief als lid van de Radicalen Bond die de slechte positie van de arbeidersklasse wil verbeteren. Hij richt in die steden oudheidkundige verenigingen, een museum en verenigingen voor monumentenzorg op. In de Vereeniging van Archivarissen in Nederland werkt hij mee aan de professionalisering van het beroep en aan wetgeving. Eenmaal in Leiden benoemd zal hij als conservator, later directeur van De Lakenhal, de museumcollectie uitbreiden met werken van de Oude Leidsche meesters en de nieuwbouw van het museum realiseren. In deze vlot leesbare biografie komt een breed tijdsbeeld naar voren, waarin Overvoordes inbreng ook nog voor de huidige tijd goed onderbouwd voor het voetlicht wordt gebracht. Na enkele jaren kunstacademie studeerde Paul P.J. Overvoorde wijsbegeerte aan de Universiteit van Utrecht. Na voltooiing daarvan deed hij op uiteenlopende terreinen onderzoek, onder meer naar normatieve argumentatie. Daarnaast was hij als docent en stafmedewerker werkzaam. IJzergeb - 650 blz