Terug/Home/Webwinkel ramsj.nl /Non-Fictie/Essays/Hoe verliefd is de lezer?
Doeschka Meijsing
Hoe verliefd is de lezer?
€ 23,99 € 9,90
ISBN: 9789021404424.
Bindwijze:
geb
Taal:
NL
Uitgever:
Querido
Auteur:
Doeschka Meijsing
Paginas:
312
Categorieën: Non-Fictie, Essays.
Doeschka Meijsing was niet alleen een fervent lezer, ze ging vanaf haar puberjaren ook bijna wekelijks naar de film, een museum of een theater. Van wat ze zag en hoorde deed ze aanvankelijk alleen verslag in de dagboeken die ze decennialang bijhield, later publiceerde ze erover in onder meer Vrij Nederland, Elsevier, De Revisor en De Groene Amsterdammer. Ze legde zichzelf geen enkele beperking op en schreef over werkelijk alles wat ze mooi vond: van Shakespeare tot Kuifje, van Johan Fabricius tot Rudy Kousbroek en van Marcello Mastroianni tot Sophia Loren. Xandra Schutte, Meijsings partner en hoofdredacteur van De Groene Amsterdammer, selecteerde de beste beschouwingen en leidde ze in.
Gerelateerde producten
non-fictie

Sytze van der Zee
Verslaggever van beroep
In tegenstelling tot in landen als Duitsland, de Verenigde Staten en Frankrijk is het in Nederland niet gebruikelijk dat journalisten hun herinneringen op schrift stellen. Sytze van der Zee heeft dat desondanks gedaan. Van der Zee verdiende zijn sporen als verslaggever bij het Algemeen Handelsblad en was betrokken bij het proces dat leidde tot de fusiekrant NRC Handelsblad. Voor deze krant werd hij correspondent in achtereenvolgens Bonn, Brussel en, als kroon op zijn werk, Washington. Na zijn terugkeer naar Nederland werd hij adjunct-hoofdredacteur van Elsevier, en in 1987 hoofdredacteur van het kwijnende Parool, waarvan werd voorspeld dat het, als er niets gebeurde, over een jaar of vijf het loodje zou leggen. Hij slaagde erin weer nieuw leven in de krant te pompen, totdat hij in 1996 in een controverse met de moederholding het onderspit dolf. 'Verslaggever van beroep' geeft niet alleen een uniek kijkje achter de schermen van het krantenbedrijf, maar beschrijft ook hoe de auteur als jonge journalist worstelde met het verleden van zijn vader. Sytze van der Zee (1939) schreef verschillende boeken, waarvan Potgieterlaan 7, over zijn jeugd als zoon van een 'foute' vader, diepe indruk maakte. Hierna schreef hij onder meer De overkant, Zuidwal en Harer Majesteits loyaalste onderdaan. Prometheuspap - 440 blz
non-fictie

Wiel Kusters
Mijn versnipperd bestaan
Onze grootste lezer, Kees Fens. Iemand voor wie lezen en leven maar een letter verschilden. De belangrijkste en productiefste literaire criticus van na de oorlog. Een geboren bewonderaar, melancholisch en beschouwelijk van aard. Maar ook een man met een groot gevoel voor humor, iemand die vloekte wanneer hij iets mooi vond. Een selfmade man, die net zo graag zijn licht liet schijnen over Augustinus en Petrarca als over het dichterschap van Willem van Hanegem en het vadercomplex van oud-premier Van Agt. Over de nietswaardigheid van de AKO Literatuurprijs net zo goed als over 'L'incoronazione di Poppea' en de muziek van Thomas Tallis. Over de in zijn ogen rampzalige pogingen tot liturgievernieuwing in de Katholieke Kerk in de jaren na het Tweede Vaticaans Concilie. Over de tragiek van de moderne universiteit. Over duizend dingen meer. En heel veel over geluk. "Geluk' is misschien het door Kees Fens meest gebruikte woord. In feite ging het daarbij om geluksverlangen. Kun je over het leven van Kees Fens een biografie schrijven die meer is dan een boekgroot essay? Wiel Kusters bewijst het met 'Mijn versnipperd bestaan'. Hij schetst een verrassend en ontroerend portret van de man die na zijn dood in de literaire wereld een leegte achterliet die niet meer gevuld werd. Fens over Kusters: "Hij is een ideale commentator, die bij het scherpste inzicht in het deel (en Kusters is een verbazend scherpzinnige lezer) het geheel, de mogelijkheden en de grenzen daarvan nooit vergeet. Hij schrijft de lezer voortdurend het zand uit de ogen.' AthenaeumGEB - 597 blz
non-fictie

Paul P.J. Overvoorde
Als het maar tot iets leidt?
Erfgoedzorg wordt geassocieerd met conservatieve, deftige heren. Dat deftige klopt wellicht, maar het eerste behoeft bijstelling: er waren ook idealisten die streefden naar een mooiere en betere wereld, met verheffing van de arbeider en de emancipatie van de vrouw. Dit geldt met name voor mr. dr. J.C. Overvoorde, een strijder op vele fronten. Deze biografie toont Overvoordes tomeloze engagement voor het veiligstellen van monumentaal erfgoed, musea en archieven, het initiëren van een monumentenwet, en voor de gelijke behandeling van de vrouw en haar emancipatie. Hij richt de Nederlandsche Oudheidkundige Bond op, met in het bestuur strijders die als jonge honden de sloop van monumenten proberen te voorkomen. Ook de rol die Overvoorde in de eerste emancipatiegolf speelt, wordt uitstekend belicht. Zijn feministisch rechtshistorisch proefschrift maakt hem bekend als voorstander van vrouwenemancipatie - hun zwaar achtergestelde positie vindt hij onaanvaardbaar voor een beschaafd land. Hij werkt even samen met Aletta Jacobs en kruist vaak de degens met Wilhelmina Drucker. Hij adviseert Annette Versluijs-Poelman, voorzitter van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht, van achter de schermen. Daarnaast is hij actief als lid van de Radicalen Bond die de slechte positie van de arbeidersklasse wil verbeteren. Hij richt in die steden oudheidkundige verenigingen, een museum en verenigingen voor monumentenzorg op. In de Vereeniging van Archivarissen in Nederland werkt hij mee aan de professionalisering van het beroep en aan wetgeving. Eenmaal in Leiden benoemd zal hij als conservator, later directeur van De Lakenhal, de museumcollectie uitbreiden met werken van de Oude Leidsche meesters en de nieuwbouw van het museum realiseren. In deze vlot leesbare biografie komt een breed tijdsbeeld naar voren, waarin Overvoordes inbreng ook nog voor de huidige tijd goed onderbouwd voor het voetlicht wordt gebracht. Na enkele jaren kunstacademie studeerde Paul P.J. Overvoorde wijsbegeerte aan de Universiteit van Utrecht. Na voltooiing daarvan deed hij op uiteenlopende terreinen onderzoek, onder meer naar normatieve argumentatie. Daarnaast was hij als docent en stafmedewerker werkzaam. IJzergeb - 650 blz
non-fictie

Trudy Scheele-Gertsen
Een kind krijg je voor het leven
Trudy Scheele-Gertsen werd verliefd op een jongeman uit Utrecht en raakte per ongeluk zwanger. Er was één probleem: ze waren nog niet getrouwd, en toen hij haar in de steek liet, werd haar probleem alleen maar groter. Opeens was ze een ongehuwde moeder, en ongehuwde moeders vond men tot in de jaren tachtig van de twintigste eeuw een schande en een gevaar voor de samenleving en de gevestigde huwelijksmoraal. Tussen 1956, toen de adoptiewet van kracht werd, en 1984 werden ongehuwde moeders dan ook vaak gedwongen hun kind af te staan. Ook Trudy werd, net als al die andere jonge vrouwen, onder druk gezet door haar directe omgeving, door artsen en hulpverleners en door de kerk. Haar moeder, die aanstuurde op adoptie, zorgde ervoor dat ze werd opgenomen in een tehuis voor ongehuwde moeders. In februari 1968 werd Trudy daar de trotse moeder van een jongetje, maar dat werd haar al snel afgenomen. Pas na enkele moeizame jaren waarin zij vergeefs om haar zoontje vocht, werd het jongetje in een adoptiegezin geplaatst. Door de afstand kon ze geen band met hem opbouwen, wat zou leiden tot een levenslang verdriet. In 'Een kind krijg je voor het leven' vertelt Trudy haar verhaal, van het moment dat ze de vader van haar kind ontmoet tot aan haar rechtszaak tegen de staat. Het laat zien wat de impact is op een mensenleven om afstand te moeten doen van je kind. Boekerijpap - 208 blz