Terug/Home/Webwinkel ramsj.nl /Geschiedenis/Het gymnasium
Mirjam Remie
Het gymnasium
Het verhaal van een eigengereid schooltype
€ 22,50 Oorspronkelijke prijs was: € 22,50.€ 9,90Huidige prijs is: € 9,90.
‘Het Gymnasium’ deze klassieke opleiding weet zich al honderden jaren te handhaven – ondanks een stortvloed aan onderwijsvernieuwingen. Maar nu de kansenongelijkheid in het onderwijs toeneemt, staat het gymnasium opnieuw ter discussie. Is de kritiek op dit ‘elitaire bolwerk’ terecht? Heeft het gymnasium nog bestaansrecht? Want wat moet je met een dode taal in een wereld die werkt op Google en html? Aan de hand van de geschiedenis, feiten en cijfers en de verhalen van (oud-)gymnasiasten ontrafelt Mirjam Remie het geheim en de aantrekkingskracht van dit eigenzinnige schooltype. Ze gaat in gesprek met bekende en onbekende Nederlanders die met veel plezier, en soms met enige wrok, terugdenken aan hun gymnasiumjaren. En ze laat zien dat het gymnasium voor slimme kinderen waarde heeft ? ongeacht hun afkomst.
Gerelateerde producten
geschiedenis

Ad van Liempt
De roaring fifties
Ad van Liempt rekent aan de hand van een tiental pioniers af met het beeld dat niets gebeurde in de jaren vijftig. Juist de jaren van wederopbouw brachten vele belangrijke vernieuwingen met zich mee. Saai. Sloom. Duf. Om de jaren vijftig te beschrijven hebben we meestal genoeg aan woorden van één lettergreep. Maar dat beeld, vastgelegd in ons collectieve geheugen, is toe aan herziening. Steeds meer wordt duidelijk dat juist de jaren van wederopbouw allerlei belangrijke vernieuwingen met zich meebrachten, aangejaagd door visionaire, volhardende mensen met een vastomlijnd plan voor een betere toekomst. In 'De roaring fifties' rekent Ad van Liempt aan de hand van elf pioniers van de jaren vijftig af met het beeld van een benauwd decennium waarin niets gebeurde. Zo zorgde minister Jo Cals met de Mammoetwet voor een radicale herinrichting van het onderwijs. Waterstaatkundige Johan van Veen had de plannen voor de Deltawerken in 1953 al klaarliggen, wat de doorslag gaf bij de snelle realisatie ervan. Psychologe Mary Noordanus zette zich met hart en ziel in voor een vrije ontwikkeling van het kind, in een tijd dat veel gezinnen nog autoritair werden geleid. In Indonesië werd Mieke Bouman de heldin van miljoenen Nederlanders door landgenoten juridisch bij te staan in Soekarno's showprocessen. De Limburgse aannemer Egidius Joosten kreeg de KNVB op de knieën en dwong het betaalde voetbal af. En zangeres Pia Beck bracht de jazz onder de mensen en liet zien hoe je ook toen al een BN'er kon worden. Het zijn stuk voor stuk fascinerende persoonlijkheden, aan wie we veel te danken hebben en die ieder op hun eigen terrein duidelijk maken dat de jaren vijftig oneindig veel opwindender waren dan de meeste mensen tot nu toe dachten. Balanspap - 304 blz
geschiedenis

K. de Jong Ozn.
Gods eer zij ’t merk van al uw werk
'De Geschiedenis van het Friesch Dagblad' kan worden omschreven als de biografie van een krant (verschijnend sinds 1903). In dit tweede deel wordt de periode 1935-1971 behandeld: de tijd van de economische crisis van de jaren dertig en het leiderschap van Colijn, de Tweede Wereldoorlog en de onderduik van het Friesch Dagblad, het verlies van 'ons Indië', de Nieuw-Guinea kwestie en de grote maatschappelijke omwenteling van de jaren zestig. Het is de tijd waarin Hendrik Algra – antirevolutionair in hart en nieren, lid van de Eerste Kamer en schrijver van vele boeken – de markante hoofdredacteur van het Friesch Dagblad is en zijn stempel op de krant drukt. Net als het voorafgaande deel biedt Deel II een boeiend verhaal over een veranderende wereld, gezien door de ogen van Friese gereformeerden en antirevolutionairen. Bijzondere aandacht is er voor de gebeurtenissen in Friesland en de parlementaire geschiedenis van Nederland. K. de Jong Ozn. (Drachten 1926-Sneek 2011) studeerde Geschiedenis en Nederlands aan de Vrije Universiteit. Hij was achtereenvolgens leraar in Dokkum, rector in Goes en Amersfoort, staatssecretaris van onderwijs (kabinetten Den Uyl en Van Agt 1) en voorzitter van de Unie voor Christelijk Onderwijs. Hij was tien jaar columnist van Het Buitenhof en de Haagsche Courant en schreef lange tijd voor het Centraal Weekblad en het Friesch Dagblad over politiek, onderwijs en literatuur. Hij publiceerde een aantal dichtbundels, een bundel novellen alsook een boek over de geschiedenis van de Unie voor Christelijk Onderwijs (Een verhaal dat verder gaat, 1999). In 2003 verscheen het eerste deel van zijn geschiedenis van het Friesch Dagblad onder de titel Zij zullen het niet hebben. Bornmeergeb - 509 blz
geschiedenis

Marieke Oprel
Afrekenen met de vijand
Op 20 oktober 1944 verklaarde de Nederlandse regering in ballingschap in Londen alle Duitsers in het Nederlands koninkrijk tot vijandelijk onderdanen. Direct na de bevrijding nam de overheid al de bezittingen van deze Nederlandse Duitsers in beslag, ongeacht hun politieke voorkeur of gedrag tijdens de oorlog. Van Duitsers die al decennialang in Nederland woonden en werkten tot Nederlanders die door een huwelijk automatisch de Duitse nationaliteit hadden gekregen, allen kregen te maken met de gevolgen van deze anti-Duitse maatregelen. Zelfs Joden die uit Duitsland waren gevlucht werden behandeld als vijandelijk onderdaan. Veel Duitse Nederlanders dienden een verzoek tot 'ontvijanding' in, om zo hun bezit terug te krijgen. Dat was niet makkelijk: ze moesten aantonen dat ze zich als 'goede Nederlander' gedragen hadden in de oorlog. Maar wat is een 'goede Nederlander'? Die vraag beantwoordde niet elke ambtenaar hetzelfde. Aan de hand van gesprekken met nabestaanden laat Marieke Oprel zien dat het Nederlandse beleid ingrijpende gevolgen had voor Duitse Nederlanders en de generaties die volgden. Daarmee voegt ze een onderbelicht hoofdstuk toe aan de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog in Nederland. Van Oorschotpap - 280 blz
geschiedenis

Sporen in de modder
Als in november 1918 de wapenstilstand ingaat, blijkt dat het buurtspoorwegennetwerk aan beide zijden van het front zeer sterk is uitgebreid. Hier en daar blijven nog stille getuigen van die bovenmenselijke transportinspanning voor het vervoer van troepen en van bepaalde bevoorradingsmiddelen die met de tram of buurtspoorwegen zijn aangevoerd. De tram speelt in de hoofden van de militairen vóór 1914 nauwelijks een rol. Bij de mobilisatie en vooral bij de aftocht naar de versterkte vesting Antwerpen wordt er zorg gedragen voor het verbinden van de verschillende netten en wordt er zo goed als mogelijk rollend materieel uit de handen van de invaller gehouden. Als het Belgische leger begin oktober 1914 terugplooit op Oostende en nadien de stelling achter de IJzer inneemt, speelt de tram een zeer belangrijke rol voor de afvoer van troepen die zich terugtrekken voor de Duitsers. Vrij snel rijpt in de hoofden van de militairen, zowel als de trammaatschappijen dat er werk aan de winkel is. 'Sporen in de modder' vertelt het verhaal van de tram in oorlogstijd. Van de spoorwegen is bekend dat ze tijdens de Eerste Wereldoorlog een belangrijke rol hebben gespeeld in de bevoorrading van het front. Veel minder bekend is dat ook een relatief bescheiden transportmiddel als de trams een groot deel van de bevoorrading en de troepentransport voor zijn rekening nam. Dat had niet alleen te maken met de aanwezigheid van een uitgebreid tramnetwerk in België. Door de aanhoudende bombardementen was het wegennet soms zo grondig verwoest dat terugvallen op trams en smalspoor de enige werkbare oplossing bleek. 'Sporen in de modder' vult een lacune in de kennis van de spoorweggeschiedenis en beperkt zich daarbij niet tot droge feiten en cijfers, maar brengt ook de lotgevallen van trambestuurders en hun passagiers onder de aandacht. Een onmisbaar werk voor iedereen die geïnteresseerd is in militaire geschiedenis. Snoeckgeb - 120 blz