Terug/Home/Webwinkel ramsj.nl /Non-Fictie/Biografieën/Faas Wilkes
Nino Wilkes
Faas Wilkes
De zoektocht van een kleinzoon
€ 20,99 Oorspronkelijke prijs was: € 20,99.€ 7,90Huidige prijs is: € 7,90.
Faas Wilkes was een van de beste Nederlandse voetballers ooit, die Nederland als voetballand op de wereldkaart zette. Deze tweebenige dribbelkoning was de eerste stervoetballer die internationaal furore maakte bij onder meer Valencia en Internazionale, waar hij tot op de dag van vandaag voortleeft als ‘Il Tulipano’ – de tulp. In Nederland werd hij door Johan Cruijff geroemd als idool, maar toch weten we hier nog maar weinig van Faas Wilkes. In ‘Faas Wilkes. De zoektocht van een kleinzoon’ gaat zijn kleinzoon Nino Wilkes op zoek naar de persoonlijke en bijzondere verhalen uit het leven van zijn opa. Nino kent Faas Wilkes als opa, de man die altijd een autootje voor hem kocht. Maar wie was deze man die de Nederlandse voetbalwereld transformeerde nog meer? De meeslepende verhalen, van de belangrijkste personen uit zijn leven, vormen een eerbetoon aan een van de grootste voetballers uit de Nederlandse geschiedenis.
Gerelateerde producten
muziek

Niek Nelissen
Willem van Otterloo
Willem van Otterloo was één van de vier belangrijkste Nederlandse dirigenten van de twintigste eeuw. Als componist liet hij een klein maar verfijnd oeuvre na. Zijn bekendste werk is de Symphoniëtta (1943), die behoort tot de meest gespeelde Nederlandse composities. Van Otterloo's levensverhaal geeft een interessant tijdsbeeld van het muziekleven tussen 1928 en 1978. Hij begon zijn loopbaan als tutticellist in het Utrechts Stedelijk Orkest. Een compositieprijsvraag van het Concertgebouw in 1932 bleek bepalend voor zijn toekomst. De orkestsuite die hij instuurde, werd bekroond met de eerste prijs en hij mocht de uitvoering door het Concertgebouworkest zelf dirigeren. Het USO stelde hem in 1934 aan als tweede en in 1937 als eerste dirigent. Hij bleef aan toen het USO in 1943 werd ingezet bij de Europasender, een Duitse propagandazender. Dit kwam hem na de bevrijding te staan op een veroordeling door de Ereraad voor de muziek.In 1949 werd Van Otterloo eerste dirigent van het Residentie Orkest, dat hij bijna een kwart eeuw leidde. Het Haagse orkest ging met hem een ongekende bloeitijd tegemoet. In 1950 werd hij een van de vaste dirigenten van het nieuwe platenlabel van Philips, dat hem behalve met het RO opnamen liet maken in Berlijn, Parijs en Wenen. De vele Philips-lp's droegen bij tot zijn internationale reputatie. Na het overlijden van Eduard van Beinum in 1959 werd algemeen verwacht dat hij diens opvolger zou worden bij het Concertgebouworkest. De keuze viel echter op Bernard Haitink en Van Otterloo bleef in Den Haag. In de jaren zestig kwam Van Otterloo bij het RO onder vuur te liggen door de roep om inspraak en repertoirevernieuwing. Als gastdirigent verlegde hij zijn activiteiten deels naar het buitenland. Na zijn vertrek bij het RO in 1973 werd hij chef-dirigent van het Sydney Symphony Orchestra. In 1978 overleed hij in Australië bij een verkeersongeval.Recensie: Dit vlot geschreven imposante boek is een handelsuitgave van een academisch proefschrift over de introverte levens- en musiceerstijl van een van Nederlands bekende orkestleiders met een interessant tijdsbeeld (1933-1978). Zelf voortgekomen uit de orkestpraktijk stond hij als vaste dirigent "op de bok" van respectievelijk het Utrechts Stedelijk Orkest en het Residentie Orkest. Ook de kronieken van beide ensembles uit die periode worden door de promovendus - muziekjournalist en leraar vwo geschiedenis - in detail beschreven. Voor diegenen die onder Van Otterloo hebben gespeeld, is dit relaas 'gefundenes Fressen'. Maar voor hen niet alleen! Het boek bevat naast talrijke bijlagen en foto's een dvd met een tweetal televisieregistraties uit respectievelijk 1963 (Gebouw K&W Den Haag, Brahms III) en 1976 (St. Bavokerk Haarlem, Beethoven IX). Het boek en de dvd zijn toonaangevend voor de onderhavige periode van het orkestbedrijf.Metagegevens • Van Gruting • Gebonden • 629 pagina’s • ISBN 9789075879407 • NUR: 660 - Muziek algemeen • Genre: Kunst, Muziek, Biografieën • Trefwoorden: Dirigent, Residentie Orkest, Van OtterlooOver de auteur: Niek Nelissen (1952) studeerde geschiedenis in Groningen. Hij is werkzaam als leraar aan het Stedelijk Gymnasium in Arnhem en als toetsdeskundige bij het Cito. Als muziekjournalist schreef hij een groot aantal artikelen voor muziektijdschriften en toelichtingen bij cd-uitgaven op muziekhistorisch gebied. De biografie van Willem van Otterloo is de handelsuitgave van het proefschrift dat hij in 2009 verdedigde aan de Radboud Universiteit Nijmegen.Over de uitgever: Uitgeverij Van Gruting, opgericht in 1996, legt zich toe op het uitgeven van boeken op het terrein van geschiedenis, kunstgeschiedenis, muziekgeschiedenis en literatuurgeschiedenis. Van Grutinggeb - 628 blz
non-fictie

Auke Kok
Johan Cruijff
'Johan Cruijff, De biografie' is het verhaal achter de mythe, die mede door Cruijff zelf is gecreëerd. Vrijwel iedereen denkt Johan Cruijff te kennen en dat is niet zo gek: zijn illustere carrière voltrok zich grotendeels in de schijnwerpers. Maar als mens en zelfs als sportman bleef hij in veel opzichten een mysterie. Waarom vocht hij zoveel conflicten uit? Waarom ging hij niet naar het WK 1978 en werd hij geen bondscoach in 1994? Wat stond er in de psychologische rapporten over hem? Gebruikmakend van unieke documenten en puttend uit honderden interviews met klasgenoten, jeugdvrienden en -vriendinnen, medespelers, zakenpartners en familieleden geeft Auke Kok op deze en vele andere vragen antwoord. Dat doet hij in de eerste volledige biografie van deze kwajongen, familieman, aanvoerder, trainer, voetbalfilosoof en commercieel pionier. Cruijff zijn levensverhaal is als een schelmenroman over een volksjongen die uitgroeit tot een mondiaal fenomeen. 'Johan Cruijff, De biografie' toont wie Johan Cruijff écht was, hoe hij zijn enorme invloed vormgaf, hoe de briljante, maar aanvankelijk te magere en nerveuze 'Jopie' zich de reputatie van vernieuwer kon verwerven, van betweter en weldoener - en van inspirator van miljoenen over de hele wereld. Hollands Dieppap - 639 blz
mens & maatschappij

Eugénie Smits van Waesberghe
Zwartboek adoptie
Zwartboek adoptie in Nederland in de 20e eeuw De invoering van de Adoptiewet in 1956 zorgde ervoor dat adoptie wettelijk onder de verantwoordelijkheid van de Nederlandse overheid viel. Een grote vraag naar baby's in Nederland door veelal kinderloze echtparen was het gevolg. Ongehuwde vrouwen stonden, vaak onder informele dwang, na de bevalling hun baby af. Dat gebeurde meestal in zogeheten doorgangshuizen waar zwangere meisjes en vrouwen verbleven en waaraan de overheid destijds financieel bijdroeg. Naar schatting zijn tussen 1956 en 1984 rond de 15.000 tot 25.000 baby's op deze manier afgestaan. Dit zorgde toen al voor veel leed, maar het werd decennia later nog veel pijnlijker toen geadopteerden op zoek gingen naar hun onbekende biologische moeders en vaders. Persoonsgegevens van geboorte- en adoptiefamilies blijken in geheime dossiers opgeslagen, zijn niet ter inzage of indertijd (moedwillig) verdwenen in opdracht van adoptieouders of zijn van hogerhand vernietigd. In 'Zwartboek adoptie' vertellen geadopteerden over hun persoonlijke adoptieverhaal en de levenslange impact ervan. Evenals moeders die vaak onvrijwillig en onwetend ooit een baby afstonden aan andere Nederlandse echtparen. Ze durven nu eindelijk hun verhaal te doen. Afstandsmoeders, afstandsvaders, geadopteerden en ook niet geadopteerde kinderen en familieleden komen uitgebreid aan het woord. Ook deskundigen die in hun werk in aanraking kwamen met adoptie als medewerkers van de Raad voor de Kinderbescherming, therapeuten en jeugdhulpverleners, historici en hoogleraren in religiegeschiedenis en sociale demografische geschiedenis, een kinderrechter en een kindertehuisdirecteur vertrouwen hun ervaringen over de adopties toe aan dit zwartboek. Allen tekenen zo met elkaar de inktzwarte rand om de Nederlandse adoptiegeschiedenis. We kunnen het niet veranderen, maar het gaat erom dat we het erkennen en van de fouten leren. De schrijfster van Zwartboek adoptie is Eugénie Smits van Waesberghe (1965). Zij is journalistiek onderzoeker, psychosociaal therapeut en coach. Zelf is Eugénie ook geboren in een doorgangshuis, onder dwang bij haar moeder weggenomen en ter adoptie in een pleeggezin geplaatst. De afgelopen vijf jaar stuitte Eugénie, mede door haar eigen zoektocht naar informatie over haar biologische moeder en vader, op gesloten deuren. 'Veel is onbekend, over veel wordt gezwegen en weinig is mogelijk om duidelijkheid te krijgen,' aldus Eugénie. Tijdens haar zoektocht kwam zij in contact met vele lotgenoten, wier verhalen, zoektochten, adoptieverleden en adoptieleed zij in dit boek heeft opgetekend. Eugénie studeerde aan de faculteit Sociale Wetenschappen en de Rechtenfaculteit van de Rijksuniversiteit Utrecht (Nederlands recht). Ze is getrouwd, heeft twee kinderen en werkt onder meer als psychosociaal therapeut en coach. Deskundige is Eugénie op het gebied van risicotaxatie, casusregie en het opstellen van veiligheidsplannen in complexe gezinssystemen en op het terrein van afstand, adoptie en hechting. Als deskundige en belangenbehartiger is Eugénie sinds 2018 lid van de ministeriële werkgroep Binnenlandse afstand en adoptie. Deze werkgroep heeft de totstandkoming van het landelijke onderzoek naar de binnenlandse afstand en adoptie en de oprichting van het landelijk meldpunt in 2019 voorbereid. NAUpap - 340 blz
non-fictie

Cody Cassidy
Wie at de eerste oester?
Wie vond het wiel uit? Wie tapte de eerste mop? Wie dronk het eerste biertje? Wie was de moordenaar in het eerste moordmysterie? Wie was de eerste chirurg? Wie was de eerste die vuur beheerste ? en vooral: wie was de eerste die de slijmerige, bleke oester at? In 'Wie at de eerste oester?' gaat Cody Cassidy ? aan de hand van inzichten uit de moderne genetica tot de archeologie ? na welke genieën achter deze en andere wereld veranderende gebeurtenissen schuilgaan en vertelt hij hun nog niet vertelde verhalen. Met een scherp gevoel voor humor en een grenzeloos enthousiasme voor de wonderlijke wereld van onze verre voorouders laat Cassidy aan de hand van het leven van individuen zien hoe en waarom er cruciale ontwikkelingen plaatsvonden in de geschiedenis van de mensheid. 'Wie at de eerste oester?' geeft een inkijkje in de grootste primeurs en catastrofes van de prehistorie en maakt ons bekend met een periode waarvan we tot voor kort nog maar weinig wisten. Prometheuspap - 240 blz