Terug/Home/Webwinkel ramsj.nl /Mens & maatschappij/Elite gezocht
Sander Schimmelpenninck
Elite gezocht
€ 19,99 Oorspronkelijke prijs was: € 19,99.€ 7,90Huidige prijs is: € 7,90.
Elke maatschappij behoeft een goed functionerende elite. Toch lijkt er een toenemende vervreemding te zijn tussen de elites en het volk, maar ook tussen de elites onderling. Wat maakt een goede elite, en hoe zou een moderne, eenentwintigste-eeuwse elite zich moeten gedragen? In ‘Elite gezocht’ bespreken Sander Schimmelpenninck en Ruben van Zwieten aan de hand van de levens van bevoorrechte mensen de Nederlandse economische elite, die de laatste decennia dominant is geworden. Geobsedeerd door hun eigen vermogen en kinderen zijn zij vergeten wat het betekent om tot de elite te horen. Economische welvaart is gaan samenvallen met geestelijke en sociale armoede; de nieuwe elite blijkt door haar meritocratische zelfbedrog nog erger dan de oude elite. Welke keuzes maakt de economische elite van nu, en in hoeverre kunnen die keuzes nog met de vrijblijvendheid van de afgelopen decennia begroet worden? Over vermogensverschillen en kansenongelijkheid als andermans probleem en fakkels en hooivorken als immer reëler wordende angst.
Gerelateerde producten
mens & maatschappij

Eugénie Smits van Waesberghe
Zwartboek adoptie
Zwartboek adoptie in Nederland in de 20e eeuw De invoering van de Adoptiewet in 1956 zorgde ervoor dat adoptie wettelijk onder de verantwoordelijkheid van de Nederlandse overheid viel. Een grote vraag naar baby's in Nederland door veelal kinderloze echtparen was het gevolg. Ongehuwde vrouwen stonden, vaak onder informele dwang, na de bevalling hun baby af. Dat gebeurde meestal in zogeheten doorgangshuizen waar zwangere meisjes en vrouwen verbleven en waaraan de overheid destijds financieel bijdroeg. Naar schatting zijn tussen 1956 en 1984 rond de 15.000 tot 25.000 baby's op deze manier afgestaan. Dit zorgde toen al voor veel leed, maar het werd decennia later nog veel pijnlijker toen geadopteerden op zoek gingen naar hun onbekende biologische moeders en vaders. Persoonsgegevens van geboorte- en adoptiefamilies blijken in geheime dossiers opgeslagen, zijn niet ter inzage of indertijd (moedwillig) verdwenen in opdracht van adoptieouders of zijn van hogerhand vernietigd. In 'Zwartboek adoptie' vertellen geadopteerden over hun persoonlijke adoptieverhaal en de levenslange impact ervan. Evenals moeders die vaak onvrijwillig en onwetend ooit een baby afstonden aan andere Nederlandse echtparen. Ze durven nu eindelijk hun verhaal te doen. Afstandsmoeders, afstandsvaders, geadopteerden en ook niet geadopteerde kinderen en familieleden komen uitgebreid aan het woord. Ook deskundigen die in hun werk in aanraking kwamen met adoptie als medewerkers van de Raad voor de Kinderbescherming, therapeuten en jeugdhulpverleners, historici en hoogleraren in religiegeschiedenis en sociale demografische geschiedenis, een kinderrechter en een kindertehuisdirecteur vertrouwen hun ervaringen over de adopties toe aan dit zwartboek. Allen tekenen zo met elkaar de inktzwarte rand om de Nederlandse adoptiegeschiedenis. We kunnen het niet veranderen, maar het gaat erom dat we het erkennen en van de fouten leren. De schrijfster van Zwartboek adoptie is Eugénie Smits van Waesberghe (1965). Zij is journalistiek onderzoeker, psychosociaal therapeut en coach. Zelf is Eugénie ook geboren in een doorgangshuis, onder dwang bij haar moeder weggenomen en ter adoptie in een pleeggezin geplaatst. De afgelopen vijf jaar stuitte Eugénie, mede door haar eigen zoektocht naar informatie over haar biologische moeder en vader, op gesloten deuren. 'Veel is onbekend, over veel wordt gezwegen en weinig is mogelijk om duidelijkheid te krijgen,' aldus Eugénie. Tijdens haar zoektocht kwam zij in contact met vele lotgenoten, wier verhalen, zoektochten, adoptieverleden en adoptieleed zij in dit boek heeft opgetekend. Eugénie studeerde aan de faculteit Sociale Wetenschappen en de Rechtenfaculteit van de Rijksuniversiteit Utrecht (Nederlands recht). Ze is getrouwd, heeft twee kinderen en werkt onder meer als psychosociaal therapeut en coach. Deskundige is Eugénie op het gebied van risicotaxatie, casusregie en het opstellen van veiligheidsplannen in complexe gezinssystemen en op het terrein van afstand, adoptie en hechting. Als deskundige en belangenbehartiger is Eugénie sinds 2018 lid van de ministeriële werkgroep Binnenlandse afstand en adoptie. Deze werkgroep heeft de totstandkoming van het landelijke onderzoek naar de binnenlandse afstand en adoptie en de oprichting van het landelijk meldpunt in 2019 voorbereid. NAUpap - 340 blz
mens & maatschappij

Ivan Jablonka
Mannen die deugen
Het is hoog tijd dat mannen in de spiegel kijken en zich aanpassen aan een wereld die verandert. Wat moet een man tegenwoordig doen om te deugen? Hoe behoort een man zich te gedragen als hij een goede partner wil zijn, een goede vader, een goede burger? Hoe dient hij om te gaan met vrouwen, privé, op het werk, in de samenleving? Wat kan hij doen en vooral: wat kan hij beter laten? Mannen zijn onzeker. De vele voorrechten die ze sinds jaar en dag genoten verdwijnen in ijltempo. Moeten ze zich krampachtig blijven vastklampen aan hun laatste privileges of de nieuwe vrijheden van de vrouw juist bevorderen en aanmoedigen? Ivan Jablonka roept mannen op zich niet te verschansen in de hoop op een terugkeer van de goede oude tijden. Mannen moeten zich actief inzetten door in hun eigen leven gestalte te geven aan een nieuwe vorm van mannelijkheid. Een mannelijkheid die vrouwen ? en mannen die afwijken van de norm ? niet langer onderdrukt. Een mannelijkheid waarbij de eigen tekortkomingen eindelijk onder ogen worden gezien: een mannelijkheid die uitdagingen aandurft. Een mannelijkheid met het lef om te deugen. Prometheuspap - 424 blz
mens & maatschappij

Karl Mannheim
Het generatieprobleem
Het gemak waarmee we over generaties praten, illustreert dat het een bruikbaar begrip is om maatschappelijke verschijnselen te duiden. Bij nadere beschouwing blijkt echter dat het in het dagelijks gebruik vooral aantrekkelijk is als we het losjes hanteren. Generaties kunnen tegenover elkaar staan, jonge generaties kunnen een maatschappij vernieuwen, en thuis kunnen we een generatiekloof ervaren. Karl Mannheim zag scherp hoe deze losse begripsopvatting verwarring veroorzaakte. In zijn essay Das Problem der Generationen (1927-'28) werkte hij daarom een nauwkeurig, gedifferentieerd generatiebegrip uit. In dezelfde tijd geboren zijn zegt op zich nog niet zoveel, aldus Mannheim. Pas als jongeren ook dezelfde culturele invloeden ondergaan, kan de ontwikkeling tot een maatschappelijke actieve 'generatieeenheid' werkelijk haar beslag krijgen. Voor dat laatste is het echter ook nodig dat bestaande culturele vormen door een versnelde maatschappelijke ontwikkeling zijn ontworteld. Anders gezegd: jongeren kunnen pas dan een eigen rol op het maatschappelijke toneel krijgen. Mannheims generatiebegrip heeft in de loop van de tijd vele auteurs en onderzoekers geïnspireerd, zowel in de geschiedwetenschap als in de sociale wetenschappen. Met de eerste Nederlandse vertaling, van de hand van Hans Driessen, kunnen nu alle generaties uit de eerste hand kennis nemen van zijn rijke gedachtegoed. Karl Mannheim (1893-1947) was een Hongaars-Duitse socioloog, die de grondlegger is van de kennissociologie. De oorspronkelijke versie van Het generatieprobleem voltooide hij in 1928. Over de vertaler: Hans Driessen is vertaler van onder andere Duitse filosofie. Eerder verschenen van hem vertalingen van Nietzsche, Sloterdijk en Schopenhauer. In 2012 verscheen van zijn hand een nieuwe vertaling van Thomas Manns De Toverberg en voor uitgeverij Vantilt vertaalde hij Wetenschap als beroep en Politiek als beroep van Max Weber. Van Tiltpap - 78 blz
mens & maatschappij

Rob Wentholt
Experiment mensheid
'Experiment mensheid' gaat over u, over mij, over ons allemaal. Het gaat over het raadsel dat we zo vaak voor onszelf zijn. Het gaat over hoe we ons gedragen, individueel maar ook in groepsverband. Het gaat over hoe wij vanbinnen in elkaar zitten en hoe dat op ons handelen uitwerkt. Het gaat over onze complexiteit, onze morele dilemma's, onze tegenstrijdigheden, onze grootsheid en onze misère. Het gaat over wat we nodig hebben om gelukkig te worden, maar ook over het kwaad in ons, over zingeving, over wat er nodig is voor oplossingsgericht denken. Het gaat over de menselijke soort als uniek evolutionair experiment. Een experiment zonder aanwijsbare experimentator. Een experiment met een diersoort ? de onze ? die het voor haar specialisatie hebben moet van haar ongespecialiseerdheid: ons uniek sterk ontwikkelde vermogen tot leren van onze ervaringen. Een experiment dat op een fenomenaal succes is uitgelopen, maar wel een succes waar we ook aan te gronde kunnen gaan. De hier geboden analyse van onze diepste drijfveren mondt uit in een slotsom over wat we kunnen doen om het als mensheid nog te redden. Rob Wentholt (1924-2010) was hoogleraar aan de Erasmus Universiteit. De gedachtegang in dit boek ? vrucht van ruim een halve eeuw diep nadenken ? is van hem afkomstig. Prometheuspap - 368 blz