Terug/Home/Webwinkel ramsj.nl /Non-Fictie/Biografieën/De schrijver die over de soep vloog
Frans Pointl was al 56 toen hij debuteerde met ‘De kip die over de soep vloog’. Zijn boek werd een bestseller en Pointl werd in één klap een bekende Nederlander. Waar hij eerst nauwelijks rondkwam van zijn uitkering, kon hij nu verhuizen naar de Amsterdamse grachten. Helaas was zijn financieel geluk van korte duur, want de Belastingdienst eiste haar deel op: geld dat Pointl inmiddels niet meer had. Het zat hem toch al niet mee in het leven. In ‘De schrijver die over de soep vloog’ neemt David de Poel ons mee in het leven van Pointl, langs zijn geliefde katten, vele hospita’s en aanhoudende pogingen om aan de literaire weg te timmeren.
Gerelateerde producten
muziek

Niek Nelissen
Willem van Otterloo
Willem van Otterloo was één van de vier belangrijkste Nederlandse dirigenten van de twintigste eeuw. Als componist liet hij een klein maar verfijnd oeuvre na. Zijn bekendste werk is de Symphoniëtta (1943), die behoort tot de meest gespeelde Nederlandse composities. Van Otterloo's levensverhaal geeft een interessant tijdsbeeld van het muziekleven tussen 1928 en 1978. Hij begon zijn loopbaan als tutticellist in het Utrechts Stedelijk Orkest. Een compositieprijsvraag van het Concertgebouw in 1932 bleek bepalend voor zijn toekomst. De orkestsuite die hij instuurde, werd bekroond met de eerste prijs en hij mocht de uitvoering door het Concertgebouworkest zelf dirigeren. Het USO stelde hem in 1934 aan als tweede en in 1937 als eerste dirigent. Hij bleef aan toen het USO in 1943 werd ingezet bij de Europasender, een Duitse propagandazender. Dit kwam hem na de bevrijding te staan op een veroordeling door de Ereraad voor de muziek. In 1949 werd Van Otterloo eerste dirigent van het Residentie Orkest, dat hij bijna een kwart eeuw leidde. Het Haagse orkest ging met hem een ongekende bloeitijd tegemoet. In 1950 werd hij een van de vaste dirigenten van het nieuwe platenlabel van Philips, dat hem behalve met het RO opnamen liet maken in Berlijn, Parijs en Wenen. De vele Philips-lp's droegen bij tot zijn internationale reputatie. Na het overlijden van Eduard van Beinum in 1959 werd algemeen verwacht dat hij diens opvolger zou worden bij het Concertgebouworkest. De keuze viel echter op Bernard Haitink en Van Otterloo bleef in Den Haag. In de jaren zestig kwam Van Otterloo bij het RO onder vuur te liggen door de roep om inspraak en repertoirevernieuwing. Als gastdirigent verlegde hij zijn activiteiten deels naar het buitenland. Na zijn vertrek bij het RO in 1973 werd hij chef-dirigent van het Sydney Symphony Orchestra. In 1978 overleed hij in Australië bij een verkeersongeval. Recensie: Dit vlot geschreven imposante boek is een handelsuitgave van een academisch proefschrift over de introverte levens- en musiceerstijl van een van Nederlands bekende orkestleiders met een interessant tijdsbeeld (1933-1978). Zelf voortgekomen uit de orkestpraktijk stond hij als vaste dirigent "op de bok" van respectievelijk het Utrechts Stedelijk Orkest en het Residentie Orkest. Ook de kronieken van beide ensembles uit die periode worden door de promovendus - muziekjournalist en leraar vwo geschiedenis - in detail beschreven. Voor diegenen die onder Van Otterloo hebben gespeeld, is dit relaas 'gefundenes Fressen'. Maar voor hen niet alleen! Het boek bevat naast talrijke bijlagen en foto's een dvd met een tweetal televisieregistraties uit respectievelijk 1963 (Gebouw K&W Den Haag, Brahms III) en 1976 (St. Bavokerk Haarlem, Beethoven IX). Het boek en de dvd zijn toonaangevend voor de onderhavige periode van het orkestbedrijf. Metagegevens • Van Gruting • Gebonden • 629 pagina’s • ISBN 9789075879407 • NUR: 660 - Muziek algemeen • Genre: Kunst, Muziek, Biografieën • Trefwoorden: Dirigent, Residentie Orkest, Van Otterloo Over de auteur: Niek Nelissen (1952) studeerde geschiedenis in Groningen. Hij is werkzaam als leraar aan het Stedelijk Gymnasium in Arnhem en als toetsdeskundige bij het Cito. Als muziekjournalist schreef hij een groot aantal artikelen voor muziektijdschriften en toelichtingen bij cd-uitgaven op muziekhistorisch gebied. De biografie van Willem van Otterloo is de handelsuitgave van het proefschrift dat hij in 2009 verdedigde aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Over de uitgever: Uitgeverij Van Gruting, opgericht in 1996, legt zich toe op het uitgeven van boeken op het terrein van geschiedenis, kunstgeschiedenis, muziekgeschiedenis en literatuurgeschiedenis.non-fictie

Wiel Kusters
Mijn versnipperd bestaan
Onze grootste lezer, Kees Fens. Iemand voor wie lezen en leven maar een letter verschilden. De belangrijkste en productiefste literaire criticus van na de oorlog. Een geboren bewonderaar, melancholisch en beschouwelijk van aard. Maar ook een man met een groot gevoel voor humor, iemand die vloekte wanneer hij iets mooi vond. Een selfmade man, die net zo graag zijn licht liet schijnen over Augustinus en Petrarca als over het dichterschap van Willem van Hanegem en het vadercomplex van oud-premier Van Agt. Over de nietswaardigheid van de AKO Literatuurprijs net zo goed als over 'L'incoronazione di Poppea' en de muziek van Thomas Tallis. Over de in zijn ogen rampzalige pogingen tot liturgievernieuwing in de Katholieke Kerk in de jaren na het Tweede Vaticaans Concilie. Over de tragiek van de moderne universiteit. Over duizend dingen meer. En heel veel over geluk. "Geluk' is misschien het door Kees Fens meest gebruikte woord. In feite ging het daarbij om geluksverlangen. Kun je over het leven van Kees Fens een biografie schrijven die meer is dan een boekgroot essay? Wiel Kusters bewijst het met 'Mijn versnipperd bestaan'. Hij schetst een verrassend en ontroerend portret van de man die na zijn dood in de literaire wereld een leegte achterliet die niet meer gevuld werd. Fens over Kusters: "Hij is een ideale commentator, die bij het scherpste inzicht in het deel (en Kusters is een verbazend scherpzinnige lezer) het geheel, de mogelijkheden en de grenzen daarvan nooit vergeet. Hij schrijft de lezer voortdurend het zand uit de ogen.'kunst

Geordie Greig
Ontbijten met Lucian
Lucian Freud behoort tot de belangrijkste en beroemdste schilders van zijn tijd. Maar zijn hartstochtelijke leven als kunstenaar en zijn kleurrijke privéleven hield hij graag achter een muur van geheimzinnigheid verborgen. In dit opmerkelijke boek wordt die muur voor het eerst geslecht. Tien jaar lang behoorde Geordie Greig tot een select groepje vrienden dat geregeld met Lucian Freud ontbeet bij Clarke's in Londen. Een ouderwetse salon, met Freud als middelpunt. Voor het eerst vertelt Freud vrijmoedig over kunst en over zijn persoonlijk leven. Over hoe hij David Hockney schilderde, met paarden sliep, hoe hij ontkwam aan de gangstertweeling Kray en hoe hij koningin Elizabeth portretteerde. Over zijn controversiële rol als vader, zijn geliefden, zijn vele kinderen, zijn vijanden en zijn goklust. Freud houdt de lezer in zijn greep met onverbloemde verhalen over zijn wilde nachten, over hoe hij danste met Garbo en een naaktportret schilderde van Kate Moss. Hij praat ook vrijuit over zijn kunst, over de totstandkoming van zijn oeuvre, en over waarom Velázquez de grootste schilder aller tijden was. Niet alleen Freud zelf komt aan het woord. Na decennia zwijgen en geheimhouding vertellen intimi eindelijk openhartig over hun omgang met de grootste figuratieve portretschilder van de twintigste eeuw. Zo is 'Ontbijten met Lucian', drie jaar na zijn dood, een pregnant intiem portret geworden van de kunstenaar als jonge en als ouder wordende man.
non-fictie
