In de 17e eeuw werden in de Nederlanden (ten minste) tien schilderijen gemaakt met een anatomische les als onderwerp. Rembrandt was niet de enige, maar wel de beroemdste schilder die dit onderwerp vastlegde. Dit boek, dat bij de gelijknamige tentoonstelling (eind 2013) in het Gemeentemuseum van Den Haag verschijnt, handelt voor meer dan de helft over de 17e-eeuwse fascinatie voor de menselijke anatomie en de kunstwerken die dat opleverde.
Het tweede gedeelte van het boek behandelt moderne kunstenaars die eveneens het menselijk lichaam tot onderwerp kiezen: Bacon, Atelier van Lieshout, Hirst. Hen fascineert niet zozeer het wetenschappelijke aspect, maar het kwetsbare van het menselijk lichaam.
Folkert de Jong maakte een installatie in opdracht van het museum om als schakel tussen de 17e en 21e eeuw te fungeren. Het boek sluit af met een interview met deze kunstenaar.
Gerelateerde producten
kunst

De anatomische les
De menselijke anatomie is een onuitputtelijke bron voor de wetenschap, maar ook voor de kunst. De schilderijen markeren het begin van de empirische wetenschap. 'De anatomische les' vertelt het verhaal van de Nederlandse anatomische lessen uit de 17e eeuw. Aan de hand van een nauwkeurige selectie topwerken worden de universele thema's ontrafeld. Zoals de relatie tussen lichaam en geest, het falen van het menselijke lichaam en de medische belofte van het eeuwige leven.kunst

Geordie Greig
Ontbijten met Lucian
Lucian Freud behoort tot de belangrijkste en beroemdste schilders van zijn tijd. Maar zijn hartstochtelijke leven als kunstenaar en zijn kleurrijke privéleven hield hij graag achter een muur van geheimzinnigheid verborgen. In dit opmerkelijke boek wordt die muur voor het eerst geslecht. Tien jaar lang behoorde Geordie Greig tot een select groepje vrienden dat geregeld met Lucian Freud ontbeet bij Clarke's in Londen. Een ouderwetse salon, met Freud als middelpunt. Voor het eerst vertelt Freud vrijmoedig over kunst en over zijn persoonlijk leven. Over hoe hij David Hockney schilderde, met paarden sliep, hoe hij ontkwam aan de gangstertweeling Kray en hoe hij koningin Elizabeth portretteerde. Over zijn controversiële rol als vader, zijn geliefden, zijn vele kinderen, zijn vijanden en zijn goklust. Freud houdt de lezer in zijn greep met onverbloemde verhalen over zijn wilde nachten, over hoe hij danste met Garbo en een naaktportret schilderde van Kate Moss. Hij praat ook vrijuit over zijn kunst, over de totstandkoming van zijn oeuvre, en over waarom Velázquez de grootste schilder aller tijden was. Niet alleen Freud zelf komt aan het woord. Na decennia zwijgen en geheimhouding vertellen intimi eindelijk openhartig over hun omgang met de grootste figuratieve portretschilder van de twintigste eeuw. Zo is 'Ontbijten met Lucian', drie jaar na zijn dood, een pregnant intiem portret geworden van de kunstenaar als jonge en als ouder wordende man.
kunst

Bram Kempers
De schepping van Melle
Melle Oldeboerrigter (1908-1976) is ongetwijfeld één van de meest bizarre Nederlandse beeldend kunstenaars van de twintigste eeuw. Zijn werk wekte in de jaren vijftig tot zeventig zowel grote bewondering als totale afwijzing. Het laatste met name door de vaak erotische lading van zijn beelden, die in feite over Leven-Natuur en Dood-Verderf gaan. Niet voor niets noemde hij zichzelf een visionair schilder. Vaak werd zijn werk vergeleken met dat van de fantastische schilder Jeroen Bosch.
kunst

Jan van der Kooi
Jan van der Kooi werd geboren in 1957 (Bedum) en studeerde aan Academie Minerva in Groningen. De onderwerpen voor zijn werk zoekt hij in zijn eigen omgeving. Zijn schilderijen concentreren zich heel sterk op de kleuren van het licht - zonlicht, strijklicht, tegenlicht. Gefilterd of tegengehouden of omgebogen door glas, vitrage, ijzel. Of licht zoals weerkaatst vallend op een vloer. 'Het zijn', zegt Jan van der Kooi, 'studies in wit'. Als tekenaar excelleert Van der Kooi met zijn studies van allerhande dieren. Doorgaans uitgevoerd in krijt zijn zij zo overtuigend en zo levensecht dat je soms bijna zou vergeten dat het 'slechts' om tekeningen gaat. Naast Van der Kooi's dierstudies verdienen vooral zijn Hollandse landschappen - meestal uitgevoerd met penseel en gewassen inkt - speciale vermelding. Hij verstaat daarbij de kunst van het weglaten en weet licht in zijn werk te brengen. Een lange constante in Van der Koois oeuvre zijn verder zijn zelfportretten. Misschien is er na Rembrandt geen kunstenaar die het eigen gezicht zozeer tot inzet van studie heeft gemaakt. Jan van der Kooi kan het af zonder eigen galerie, gaat zonder trommels en trompetten door het leven en exposeert slechts eens in de vijf jaar, maar wordt desondanks gezien als de beste tekenaar van dit moment.