Terug/Home/Webwinkel ramsj.nl /Non-Fictie/Antropologen te velde
Gerrit Jan Zwier
Antropologen te velde
De cultuurschok van de veldwerker
€ 16,90 € 7,90
Vooral in de openhartige jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw bloeide het genre van de ‘antropologische bekentenisliteratuur’ op. Met een zekere gretigheid brachten antropologen verslag uit van de spanningen en frustraties waaronder zij in het ‘veld’ gebukt waren gegaan. Ineens was de tijd voorbij dat zij in het voorwoord van een gedegen etnografie hun cultuurschok slechts in enkele achteloze zinnen afdeden. Al deze openbare biechten maakten duidelijk dat het pad van een veldwerker bezaaid was met distels en doornen, al bevond zich daartussen gelukkig ook wel eens een enkel madeliefje. In ‘Antropologen te velde’ klinken de stemmen op van bekende en minder bekende antropologen. Te samen geven zij een kleurrijk, indringend en vaak humoristisch beeld van het leven en lijden van de veldwerker.
Gerelateerde producten
non-fictie

Nina Burton
Erasmus, de ster aan Gutenbergs firmament
De uitvinding van de boekdrukkunst, halverwege de vijftiende eeuw, maakte het opeens mogelijk boeken in grote oplagen te verspreiden. Voor het eerst konden kennis en ideeën ongebreideld worden uitgedragen. Geïnspireerd door schrijvers uit de klassieke oudheid introduceerden de humanisten van de renaissance een revolutionair, onafhankelijk denken, waarbij de mens centraal stond in plaats van de kerk en de godsdienst. Met grote nieuwsgierigheid ontdekten ze de natuur en het menselijk lichaam. Wetenschappers, kunstenaars en schrijvers waren niet langer anoniem. Dankzij de boekdrukkers die zich overal in Europa vestigden, kon de mens zich bevrijden uit de greep van de middeleeuwen. Nina Burton beschrijft dit tijdperk van 'de eerste mediarevolutie' aan de hand van het leven van Erasmus (1466 - 1536). Hij was de ster aan Gutenbergs firmament, de eerste bestsellerauteur uit de geschiedenis, een man die zijn tijd ver vooruit was en in contact stond met tal van intellectuelen en kunstenaars uit zijn tijd: Thomas More, Albrecht Dürer, Hans Holbein de Jonge, Paracelsus, Maarten Luther. Burton roept in mooie zinnen en beknopte beelden – ze is ook dichteres – een schitterend tijdsbeeld op. Daarbij beperkt ze zich niet tot Erasmus' ideeën, maar beschrijft ze ook zijn dagelijks leven: van een vervaarlijke bootreis naar Engeland in zijn jonge jaren, via een triomftocht over de Rijn als gevierd schrijver tot aan zijn oude dag boven de drukkerij in Bazel. Natuurlijk gaat ze ook in op de invloed die Erasmus nog tot eeuwen na zijn dood had. Ad. Donkergeb - 352 blz
muziek

Niek Nelissen
Willem van Otterloo
Willem van Otterloo was één van de vier belangrijkste Nederlandse dirigenten van de twintigste eeuw. Als componist liet hij een klein maar verfijnd oeuvre na. Zijn bekendste werk is de Symphoniëtta (1943), die behoort tot de meest gespeelde Nederlandse composities. Van Otterloo's levensverhaal geeft een interessant tijdsbeeld van het muziekleven tussen 1928 en 1978. Hij begon zijn loopbaan als tutticellist in het Utrechts Stedelijk Orkest. Een compositieprijsvraag van het Concertgebouw in 1932 bleek bepalend voor zijn toekomst. De orkestsuite die hij instuurde, werd bekroond met de eerste prijs en hij mocht de uitvoering door het Concertgebouworkest zelf dirigeren. Het USO stelde hem in 1934 aan als tweede en in 1937 als eerste dirigent. Hij bleef aan toen het USO in 1943 werd ingezet bij de Europasender, een Duitse propagandazender. Dit kwam hem na de bevrijding te staan op een veroordeling door de Ereraad voor de muziek. In 1949 werd Van Otterloo eerste dirigent van het Residentie Orkest, dat hij bijna een kwart eeuw leidde. Het Haagse orkest ging met hem een ongekende bloeitijd tegemoet. In 1950 werd hij een van de vaste dirigenten van het nieuwe platenlabel van Philips, dat hem behalve met het RO opnamen liet maken in Berlijn, Parijs en Wenen. De vele Philips-lp's droegen bij tot zijn internationale reputatie. Na het overlijden van Eduard van Beinum in 1959 werd algemeen verwacht dat hij diens opvolger zou worden bij het Concertgebouworkest. De keuze viel echter op Bernard Haitink en Van Otterloo bleef in Den Haag. In de jaren zestig kwam Van Otterloo bij het RO onder vuur te liggen door de roep om inspraak en repertoirevernieuwing. Als gastdirigent verlegde hij zijn activiteiten deels naar het buitenland. Na zijn vertrek bij het RO in 1973 werd hij chef-dirigent van het Sydney Symphony Orchestra. In 1978 overleed hij in Australië bij een verkeersongeval. Recensie: Dit vlot geschreven imposante boek is een handelsuitgave van een academisch proefschrift over de introverte levens- en musiceerstijl van een van Nederlands bekende orkestleiders met een interessant tijdsbeeld (1933-1978). Zelf voortgekomen uit de orkestpraktijk stond hij als vaste dirigent "op de bok" van respectievelijk het Utrechts Stedelijk Orkest en het Residentie Orkest. Ook de kronieken van beide ensembles uit die periode worden door de promovendus - muziekjournalist en leraar vwo geschiedenis - in detail beschreven. Voor diegenen die onder Van Otterloo hebben gespeeld, is dit relaas 'gefundenes Fressen'. Maar voor hen niet alleen! Het boek bevat naast talrijke bijlagen en foto's een dvd met een tweetal televisieregistraties uit respectievelijk 1963 (Gebouw K&W Den Haag, Brahms III) en 1976 (St. Bavokerk Haarlem, Beethoven IX). Het boek en de dvd zijn toonaangevend voor de onderhavige periode van het orkestbedrijf. Metagegevens • Van Gruting • Gebonden • 629 pagina’s • ISBN 9789075879407 • NUR: 660 - Muziek algemeen • Genre: Kunst, Muziek, Biografieën • Trefwoorden: Dirigent, Residentie Orkest, Van Otterloo Over de auteur: Niek Nelissen (1952) studeerde geschiedenis in Groningen. Hij is werkzaam als leraar aan het Stedelijk Gymnasium in Arnhem en als toetsdeskundige bij het Cito. Als muziekjournalist schreef hij een groot aantal artikelen voor muziektijdschriften en toelichtingen bij cd-uitgaven op muziekhistorisch gebied. De biografie van Willem van Otterloo is de handelsuitgave van het proefschrift dat hij in 2009 verdedigde aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Over de uitgever: Uitgeverij Van Gruting, opgericht in 1996, legt zich toe op het uitgeven van boeken op het terrein van geschiedenis, kunstgeschiedenis, muziekgeschiedenis en literatuurgeschiedenis. Van Grutinggeb - 628 blz
non-fictie

Hilda Jeninga
Identiek en toch uniek
?Als jij buikpijn hebt, voelt de ander dat dan ook?? Die vraag krijgen identieke tweelingen nogal eens te horen. Er hangt nou eenmaal iets magisch, iets mythisch om tweelingen heen. Ze zien er hetzelfde uit, bewegen hetzelfde, praten hetzelfde en hebben vaak dezelfde voorkeuren. Maar ze zijn niet hetzelfde. En daar wringt 'm nogal eens de schoen. Hoe is het om steeds vergeleken te worden? Wat doet het met je zelfbeeld als je een identieke tweelingbroer of -zus rond hebt lopen, of juist mist? Hoe ontwikkel je je eigen identiteit? Op die vragen geven eeneiige tweelingen in 'Identiek en toch uniek' antwoord. Ze vertellen over de leuke én lastige kanten van tweeling zijn. Over de uitdaging om als autonome volwassene te leven nadat je als tweeling bent opgegroeid. Hun verhalen raken: ze gaan over verbondenheid en liefde voor elkaar, over rivaliteit en teleurstelling, kwetsbaarheid en compassie. Het gaat voorbij de clichés over tweelingen. Het is bedoeld voor tweelingen, voor mensen die met tweelingen omgaan en voor iedereen die wil weten hoe tweelingen hun eigen ik ontwikkelen. Als de interviews één ding duidelijk maken, dan is het dat tweelingen graag als twee verschillende individuen gezien willen worden. Dat helpt hen bij het vinden van een eigen identiteit. Want één en één is niet één, maar toch echt twee. Donkerpap - 144 blz
non-fictie

Chris Hietland
De kroonprins van Nieuw Links
Van mulo tot minister en van rebel tot regent? André van der Louw, opgegroeid in Den Haag als zoon van een melkboer, was een prominent PvdA-politicus in de hoogtijdagen van de partij. Hij was een van de leidende figuren van Nieuw Links. Zijn bekende berendans op het partijcongres van 1969 symboliseerde de verdeeldheid in de PvdA op dat moment. In die jaren was hij ook perschef bij de VARA en redacteur van het spraakmakende jongerentijdschrift Hitweek. Als PvdA-voorzitter belichaamde de flamboyante Van der Louw de vernieuwing die de partij aan het begin van de jaren zeventig doormaakte. Hij was daarna een populaire burgemeester van Rotterdam, die dicht bij de burgers wilde staan. Zijn politieke vrienden zagen in hem de gedroomde opvolger van Joop den Uyl als PvdA-leider. Van der Louw was minister van CRM in het kabinet-Van Agt/Den Uyl. Na de val van dat kortstondige kabinet was hij onder meer voorzitter van het Openbaar Lichaam Rijnmond, sectievoorzitter betaald voetbal van de KNVB en voorzitter van de NOS. De PvdA bracht hij aan het begin van de jaren negentig nog eenmaal in beroering, met een vermeende couppoging ten tijde van de WAO-crisis. Chris Hietland werpt in deze biografie nieuw licht op de rol die Van der Louw speelde in de machtsstrijd binnen de PvdA. Hij schetst een beeld van Van der Louws politieke stijl, gaat in op zijn betekenis als Rotterdams burgemeester en beantwoordt onder meer de vraag hoe zijn politieke en journalistiek-culturele activiteiten in de jaren zestig zich tot elkaar verhielden. Prometheuspap - 479 blz