200 jaar UGent in 200 objecten
€ 19,95 Oorspronkelijke prijs was: € 19,95.€ 7,90Huidige prijs is: € 7,90.
Op 9 oktober 1817 opende de Gentse Universiteit haar deuren voor de eerste studenten. Ruim tweehonderd jaar later wordt dat gevierd met ‘200 jaar UGent in 200 objecten’ waarin de geschiedenis van de universiteit wordt verbeeld en verwoord aan de hand van tweehonderd voorwerpen die elk een stukje van haar verhaal met zich dragen: van de studentenkaart van Vuile Mong over de verlostang van Jan Palfijn, tot het hermelijn op de toga van de rector. Het vertelt waarom de platenhoes van het laatste Gorki-album er zonder de UGent wellicht helemaal anders had uitgezien, hoe de ECOcar Energy 5 je met één liter dieselequivalent van Stockholm naar de Costa del Sol brengt en wat de Armeense topdichter Varoujean met de Gentse universiteit te maken heeft. Voor al wie studeert of ooit studeerde aan de Universiteit Gent, maar ook voor wie geniet van een geschiedenis van verborgen verhalen achter bijzondere objecten, is dit een absolute must have!
Gerelateerde producten
geschiedenis
K. de Jong Ozn.
Gods eer zij ‘t merk van al uw werk
'De Geschiedenis van het Friesch Dagblad' kan worden omschreven als de biografie van een krant (verschijnend sinds 1903). In dit tweede deel wordt de periode 1935-1971 behandeld: de tijd van de economische crisis van de jaren dertig en het leiderschap van Colijn, de Tweede Wereldoorlog en de onderduik van het Friesch Dagblad, het verlies van 'ons Indië', de Nieuw-Guinea kwestie en de grote maatschappelijke omwenteling van de jaren zestig. Het is de tijd waarin Hendrik Algra – antirevolutionair in hart en nieren, lid van de Eerste Kamer en schrijver van vele boeken – de markante hoofdredacteur van het Friesch Dagblad is en zijn stempel op de krant drukt. Net als het voorafgaande deel biedt Deel II een boeiend verhaal over een veranderende wereld, gezien door de ogen van Friese gereformeerden en antirevolutionairen. Bijzondere aandacht is er voor de gebeurtenissen in Friesland en de parlementaire geschiedenis van Nederland. K. de Jong Ozn. (Drachten 1926-Sneek 2011) studeerde Geschiedenis en Nederlands aan de Vrije Universiteit. Hij was achtereenvolgens leraar in Dokkum, rector in Goes en Amersfoort, staatssecretaris van onderwijs (kabinetten Den Uyl en Van Agt 1) en voorzitter van de Unie voor Christelijk Onderwijs. Hij was tien jaar columnist van Het Buitenhof en de Haagsche Courant en schreef lange tijd voor het Centraal Weekblad en het Friesch Dagblad over politiek, onderwijs en literatuur. Hij publiceerde een aantal dichtbundels, een bundel novellen alsook een boek over de geschiedenis van de Unie voor Christelijk Onderwijs (Een verhaal dat verder gaat, 1999). In 2003 verscheen het eerste deel van zijn geschiedenis van het Friesch Dagblad onder de titel Zij zullen het niet hebben. Bornmeergeb - 509 blz
geschiedenis
Sporen in de modder
Als in november 1918 de wapenstilstand ingaat, blijkt dat het buurtspoorwegennetwerk aan beide zijden van het front zeer sterk is uitgebreid. Hier en daar blijven nog stille getuigen van die bovenmenselijke transportinspanning voor het vervoer van troepen en van bepaalde bevoorradingsmiddelen die met de tram of buurtspoorwegen zijn aangevoerd. De tram speelt in de hoofden van de militairen vóór 1914 nauwelijks een rol. Bij de mobilisatie en vooral bij de aftocht naar de versterkte vesting Antwerpen wordt er zorg gedragen voor het verbinden van de verschillende netten en wordt er zo goed als mogelijk rollend materieel uit de handen van de invaller gehouden. Als het Belgische leger begin oktober 1914 terugplooit op Oostende en nadien de stelling achter de IJzer inneemt, speelt de tram een zeer belangrijke rol voor de afvoer van troepen die zich terugtrekken voor de Duitsers. Vrij snel rijpt in de hoofden van de militairen, zowel als de trammaatschappijen dat er werk aan de winkel is. 'Sporen in de modder' vertelt het verhaal van de tram in oorlogstijd. Van de spoorwegen is bekend dat ze tijdens de Eerste Wereldoorlog een belangrijke rol hebben gespeeld in de bevoorrading van het front. Veel minder bekend is dat ook een relatief bescheiden transportmiddel als de trams een groot deel van de bevoorrading en de troepentransport voor zijn rekening nam. Dat had niet alleen te maken met de aanwezigheid van een uitgebreid tramnetwerk in België. Door de aanhoudende bombardementen was het wegennet soms zo grondig verwoest dat terugvallen op trams en smalspoor de enige werkbare oplossing bleek. 'Sporen in de modder' vult een lacune in de kennis van de spoorweggeschiedenis en beperkt zich daarbij niet tot droge feiten en cijfers, maar brengt ook de lotgevallen van trambestuurders en hun passagiers onder de aandacht. Een onmisbaar werk voor iedereen die geïnteresseerd is in militaire geschiedenis. Snoeckgeb - 120 blz
geschiedenis
Anthony McCarten
De twee pausen
In 2013 deed de conservatieve Paus Benedictus XVl een opmerkelijke aankondiging: hij wilde terugtreden. Daarmee werd hij de eerste paus sinds 700 jaar die vrijwillig zijn ambt neerlegde. Kardinalen van over de hele wereld kwamen bij elkaar om zijn opvolger te kiezen. Hun onverwachte keuze: Franciscus, de eerste niet-Europese paus in 1200 jaar. Een man die ooit danste in een tangoclub, niet van luxe houdt en een fervent voetballiefhebber is. Waarom liep Benedictus weg uit het centrum van de macht, wetend dat zijn opvolger wellicht zijn erfenis zou verkwanselen? Hoe kon Franciscus wennen aan het leven als leider van een miljard volgelingen? En als de kerk claimt dat de paus onfeilbaar is, hoe kunnen dan twee nog levende pausen het over vrijwel alles oneens zijn met elkaar? 'De twee pausen' vertelt de geschiedenis van twee zeer verschillende mannen, die beiden leven in het Vaticaan. McCarten laat iets zien van de tragische, maar ook komische situaties in het Vaticaan, en biedt ruimte aan zowel de donkere als lichte details van 's werelds meest ondoorzichtige, maar belangrijkste instituut. Het boek achter de film The Two Popes. Royal Jongbloedpap - 288 blz
geschiedenis
Maarten-Jan Dongelmans
De dood van Hitler
30 april 1945: Hitler sterft door zelfmoord in een ondergrondse bunker in het verwoeste hart van Berlijn. Dit wordt nu – ruim 75 jaar later – door historici als vaststaand feit geaccepteerd, hoewel er zelfs nu nog stemmen opgaan, die de dood van Hitler ontkennen. Of tijd en plaats, of zijn zelfmoord betwijfelen. De omstandigheden van zijn dood zijn zeker niet allemaal opgehelderd. Vooral wat er met zijn lijk is gebeurd blijft in nevelen gehuld. In ‘De dood van Hitler’ wordt getracht door een combinatie van de gebruikelijke bronnen en literatuur met de nieuwere gegevens meer zicht te krijgen op wat er in werkelijkheid heeft plaatsgevonden. Het verhaal zet zich daarom tot in de jaren van ons decennium voort. Hitlers einde is niet los te maken van zijn persoon en zijn opkomst. Het begint met zijn prilste jeugd en aandacht besteedt aan zijn lichamelijke en geestelijke conditie. Was de Führer gek, of ongeneeslijk ziek? Het einde van Hitler valt evenwel ook niet te begrijpen zonder het te situeren in de gebeurtenissen van de laatste maanden, die Hitler in steeds meer door de Russische legers bedreigde en zwaar gehavende Berlijn doorbrengt. Aan deze setting is daarom een groot deel van dit boek gewijd. Vele vragen bleven tot nu toe onbeantwoord: Hoe stierf de man die zelf miljoenen mensen had laten sterven? Amsterdam University Presspap - 160 blz