De Praagse Lente, de Meirevolte in Parijs, Leuven Vlaams: het revolutionaire jaar 1968 heeft een halve eeuw later mythische proporties gekregen. Volgens sommigen het begin van alle ellende die ons nu overkomt, volgens anderen een keerpunt in de bewustwording van de mens. Wat gebeurde er echt in 1968? En hoe heeft dat ons denken en handelen beïnvloed? Karel Michiels was pas 8 in 1968. Maar de gebeurtenissen van toen hebben wel een ingrijpende invloed gehad op zijn leven. In ‘1968’ vermengt hij zijn persoonlijke herinneringen als kind met feiten en verhalen die relevant zijn voor onze tijd. Een kleurrijke biografie ? maand per maand ? van een mythisch jaar.
Gerelateerde producten
geschiedenis

Klaas van Berkel
Een en al illusies
De mens bouwt zijn bestaan op illusies. Maatschappelijk succes, wetenschappelijke kennis, vriendschap, een gemeenschap waar we bij horen, onze identiteit – vroeg of laat komen we erachter dat we ons een voorstelling hebben gemaakt van iets wat niet bestaat. En als we het niet zelf ontdekken, komt er wel een historicus die aantoont dat alles maar een illusie was. Klaas van Berkel is zo’n historicus. Gedurende zijn loopbaan heeft hij menigmaal zulke ‘ontdekkingen’ gedaan en in deze bundel zijn tien essays van zijn hand verzameld die rond deze thematiek cirkelen. Over een natuurfilosoof die dacht dat hij bevriend was met René Descartes, maar merkt dat die vriendschap niets waard is als de Fransman niet wil erkennen iets van anderen te hebben overgenomen; een zeventiende-eeuwse vernufteling die denkt dat hij in Rome iets tot stand kan brengen waartoe de Italianen zelf niet in staat zijn; een achttiende-eeuwse filosoof die waarschuwt tegen de zoektocht naar het onbekende Zuidland; een twintigste-eeuwse socioloog die de werkelijkheid achter de verschijnselen wil weergeven maar moet ervaren dat dat niet kan. Maar steeds blijft de vraag: als onze wereld op illusies berust, hoe komt het dan dat we op basis daarvan toch iets van beschaving hebben opgebouwd?geschiedenis

Herman Hülsmann
Mijn reis naar Indië 1928-1929
In dit dagboek neemt Hermann Hülsmann ons mee op reis naar het toen nog verre Nederlands-Indië. Hülsmann was samen met drie andere studenten uitgenodigd door de Vereeniging Jan Pieterszoon Coen, die met groepsreizen de deelnemers wilde interesseren voor topfuncties in Indië. Er moest dan wel een verslag worden geschreven over enkele projecten die onderweg werden bezocht. Hermann Hülsmann beperkte zich niet tot de beschrijving van 'enkele projecten'. Hij zette zo veel mogelijk waarnemingen op papier. En hij maakte er foto's bij. Het resultaat is een levendig en vaak humoristisch geschreven verslag van een tijdsbeeld. Het dagboek begint met de avontuurlijke heenreis met de boot door het Suezkanaal. In Indië bezoekt hij bekende trekpleisters, die toen nog niet zo toeristisch waren als nu. En hij schrijft uitgebreid over het dagelijks leven en werken in die tijd. 'Mijn reis naar Indië' bevat veel bijzondere wetenswaardigheden, onder andere over de toenmalige stand van de techniek. Hermann eindigt zijn bezoek met een reis door Atjeh met de zogenaamde Atjeh Tram (opgeheven in 1962). In dit deel van het dagboek beschrijft hij onder andere de wegenbouwprojecten in dit toen nog onontgonnen gebied. Voor Hermann Hülsmann (1902-1983) bleef dit de reis van zijn leven. Uiteindelijk is hij niet naar Indië gegaan om daar een leidende functie te gaan vervullen. In plaats daarvan koos hij voor een carrière bij de rechterlijke macht in Nederland. En niet zonder succes: hij nam afscheid van zijn werkzame leven als Raadsheer van de Hoge Raad der Nederlanden.geschiedenis

Désiré Bossaerts
Herinneringen aan Congo
Désiré Bossærts (Pulle, 1879) vertrok in 1904 als staatsambtenaar naar Congo voor een termijn van drie jaar. Terug in België zet hij meer dan tien jaar later zijn herinneringen aan Congo op papier. Hoewel voorgesteld als een waar gebeurd verhaal, wordt deze tekst in wezen een mengeling van feiten en fictie. Een flink deel van zijn avonturen is gebaseerd op verhalen van anderen, die hij hoorde in Boma, en die hij aanvulde met zijn eigen verbeelding. Dit maakt het verhaal van Désiré Bossaerts echter niet minder authentiek. Zijn herinneringen tonen ons hoe hij in 1920 het Congo van Leopold II aan zijn kinderen en kleinkinderen wilde voorstellen.geschiedenis
